Original gangster

Onze hond is een vrij enthousiast type. Dat bleek al toen mijn zoon en ik hem gingen ophalen op het vliegveld van Eindhoven. Waar andere hondjes trillend van angst met de staart tussen de benen hun verse trauma aan het verwerken waren, kwamen Poo en zijn zusje keihard kwispelend hun reisbench uit gestuiterd. Poo komt […]

Continue reading →

Pannenkoeken

Toen ik vanmiddag de deur uitliep om naar de Jumbo te gaan voor vijf liter schoonmaakazijn, kwam ik een buurjongetje tegen met een pak pannenkoekmix in zijn handen. ‘Ga je pannenkoeken eten?’, riep ik. ‘Ja’, zei hij. ‘Lekker’, zei ik. Tot zover niks vreemds. Ik had mijn buurjongen nog niet eerder met een pak pannenkoekmix […]

Continue reading →

Afscheid (1)

Dinsdag hebben we je begraven. Je had het een mooie dag gevonden. De toespraken deden recht aan je persoonlijkheid en gaven een goed beeld van de levens die je hebt geleefd. Je kleinzoon heeft gesproken. Jammer dat we het daar niet met je over kunnen hebben. Je kleindochter heeft bijna de hele dienst huilend bij […]

Continue reading →

Pijpen

‘Wat is gezonder’, vroeg mijn zoon, ‘roken of pijpen?’ ‘Ik denk dat pijpen gezonder is’, zei ik, ‘dat doe je niet over je longen.’ ‘Hoe komt het dan dat er niet zoveel meer gepijpt wordt?’, vroeg hij toen. ‘Misschien wordt er nog wel degelijk gepijpt’, zei ik, ‘maar niet in het openbaar.’ ‘Maar waarom dan?’, […]

Continue reading →

Pool party

Mijn zoon vierde zijn verjaardag in het zwembad. Om negentien punt nul nul uur begon het discozwemmen. Hij had acht vriendjes uitgenodigd. Negen jongetjes die alle kanten op stuiterden. Negen jongetjes die allemaal tegelijkertijd tegen mij schreeuwden dat ze een kaaskrofriketandelsoufflé bij hun friet wilden. Het was allemaal erger dan ik had kunnen bedenken. De […]

Continue reading →

Zaterdag

Mijn zoon vraagt hoe ik zaterdag noem. Zaterdag, zeg ik. Hoe jij dan? Zaterdag, zegt hij. Ik zoek een onderbroek voor ’m. Toch gek, zegt hij, dat ik al in de onderbouw heb geleerd dat zaterdag zaterdag heet en dat ik dat woord nog steeds gebruik. Ik zeg ‘m dat dit voor nog veel meer woorden […]

Continue reading →

De geschiedenis van het bestaan

Ergens in de jaren ’40 wordt een vrouw van begin twintig uit haar woonplaats ergens in Georgië door de Duitsers weggehaald om in een fabriek ergens in Duitsland te gaan werken. Ze heeft het de hele treinreis koud. Ergens in het Duitsland van vlak na de oorlog, werkt ze als verpleegster in een vluchtelingenkamp. Ze […]

Continue reading →

Een gezegend begin

Na drie weken had ik eindelijk de Rubiks kubus opgelost. Ik ging speciaal naar boven om het mevrouw Molovich te vertellen. Ze had het al begrepen. In mijn vreugdekreet had ik de woorden ‘Rubiks kubus’ laten vallen. Ze vond het wel sexy, dat het me gelukt was. Dit bevreemdde haar enigszins. Ik vertelde dat ik hetzelfde had […]

Continue reading →

Dierendag

“Jongens, even stil nu. Zoals jullie zien hebben we vandaag de papa van M. in de klas. Hij gaat zo een liedje met jullie oefenen voor onze musical over de oertijd. Maar, het is ook dierendag. En een paar van jullie hebben een dier meegenomen. Manon heeft haar konijn. En Noël zijn hond. En, Lisa, wat […]

Continue reading →

Gat

‘Je hebt een gat in je hoofd’, zei ik tegen mijn zoon. ‘Een gat?’ Mijn zoon schrok. We waren aan het voetballen terwijl mijn dochter binnen zwemles had. Om 18.25 uur moesten we weer naar binnen. Hij wilde nog één bal. Eerst hij. Daarna ik. Hij trapte, ik miste, hij won. Daarna trapte ik de […]

Continue reading →

Alleen thuis

Het was de maandag in de week van de langste dag van het jaar. ’s Ochtends staakten de Nederlandse Spoorwegen. Desondanks lukte het mijn vrouw vrij eenvoudig om in Haarlem te geraken. Het was zo’n dag dat het rubber van je fietsband samensmolt met het asfalt. ’s Middags haalde ik mijn kinderen op van school. […]

Continue reading →

Opkomst van een hype

Donderdag 11 mei Er ligt een pakketje op de mat. Voor mijn kinderen. In het pakketje zitten plastic speeltjes. Een rode en een roze. Ze zien eruit als botte werpsterren. Mijn zoon legt z’n speeltje op de grond en geeft er een draai aan. ‘Een tol!’ roept hij. Later die avond komt mijn vrouw thuis. […]

Continue reading →

Twee minuten

‘Als we stil moeten zijn, moeten we denken aan de doden van de oorlog’, zegt mijn zoon. Ik zit met hem aan tafel. Pizza te eten. Samen met een vriendje dat blijft slapen. ‘Maar aan wie moet ik dan denken? Ik ken helemaal niemand die in de oorlog is doodgegaan.’ ‘Misschien ken je Anne Frank’, […]

Continue reading →

Vooruitgang

Mijn zoon vroeg hoe oud ik was toen ik van mijn ouders mijn eerste telefoon kreeg. Ik moest hier even over nadenken. ‘Vijfentwintig’, zei ik toen maar. ‘Echt?’, zei hij. ‘Nee’, zei ik. En legde uit dat er nog geen mobiele telefoon bestond toen ik jong was. ‘Ja, ze bestonden wel’, zei ik, ‘maar ze […]

Continue reading →

Het goede antwoord

Wij reden naar Valkenburg, mijn dochter bedacht een spel. Raad het goede antwoord. “Oké”, zei ze, “wat is het goede antwoord: verkeersbord, haar, konijn, gras.” Mijn zoon wilde weten wat de vraag was. “De vraag is”, zei mijn dochter, “wat is het goede antwoord?” “Ja maar”, zei hij boos, “wat is de vraag?” “Hoooo”, zei […]

Continue reading →

Wad?

We zaten op een strandtent te Ameland. Mijn zoon van zes sprak de volgende woorden: “Van alle dingen ben ik het meest zuinig op mijn bril.” Hij was even stil. “En op mijn lul.” Ik moest lachen. Mijn vrouw vroeg waar ik om moest lachen. Ik vertelde waar ik om moest lachen. Zij moest lachen […]

Continue reading →

Profileren voor beginners

Hopen dat onze fietsen er nog staan, zei ik tegen mijn kinderen terwijl we naar buiten liepen. Mijn kinderen vroegen waarom ik dat zei. Omdat de fietsen hier in Amsterdam nogal snel worden gestolen en wij onze fietsen enkel op een eenvoudig AXA-slotje hadden gezet, legde ik uit. Buiten liet ik ze het verschil zien: […]

Continue reading →

De Pinokkio Paradox

Mijn zoon had iets bedacht. Wat nu als Pinokkio zegt: ik ga mijn neus laten groeien. Als z’n neus dan niet groeit, liegt hij. En groeit z’n neus alsnog. Maar omdat ie daarmee de waarheid spreekt, groeit z’n neus niet. Mijn zoon bezweert dat hij dit helemaal zelf heeft bedacht. Zijn neus bleef klein.

Continue reading →

Het leven een droom

Ik heb een beker met melk ingeschonken en een stuk van een reep Tony Chocolonely afgebroken (karamel zeezout). Mijn vrouw heeft het bankje dat wij bij de moeder van een vriendin hebben opgehaald voor de open tuindeuren gezet. Ik hoor het golvende geruis van verkeer in de verte. Vermengd met het lichtere geruis van de […]

Continue reading →

De omgekeerde wereld

Zo nu en dan zitten mijn kinderen in ‘de omgekeerde wereld’. Daar is hoog laag en aardig gemeen en vies lekker. Als ik dan op een gegeven moment zeg: “Zitten jullie nu nog steeds in de omgekeerde wereld?” En zij zeggen: “Ja!” Dan weet ik dus niet meer in welke wereld ze zitten. In die […]

Continue reading →

Serieus

Daar liggen ze, mijn kinderen. Naast elkaar in hetzelfde bed. Ieder in hun eigen wereld. Allebei bloedserieus. Al toen ik mijn zoon voor het eerst zag slapen, viel me dat op. Hij lag in een couveuse. Had gepoept in zijn vruchtwater en die poep was op zijn longen terecht gekomen. Hij was niet ouder dan […]

Continue reading →

Hier doe je het voor

Om kwart over zeven stond ik met mijn zoon op de parkeerplaats van SV Zwolle. We waren de eerste. Het miezerde. Daar kwam de boomlange A. met zijn zoontjes aan lopen. Hij trok een blikje energy-drink van een of ander huismerk open. Even later kwamen ook de andere vaders met kinderen de parkeerplaats op. We […]

Continue reading →

De wensboom

Er stond een wensboom in de tuin van het Dominicanenklooster. Bij binnenkomst kregen we van een zeer opgeruimde vrouw allemaal twee consumptiebonnen. We waren met vier kinderen. De ranja was gratis. We hadden dus twaalf consumptiebonnen tot onze beschikking, waarmee we, als we zouden willen, twaalf flesjes kloosterbier hadden kunnen kopen. Dat hebben we niet gedaan, […]

Continue reading →