Een waardeloze hond, of: hoe Pretpark Amersfoort van de aardbodem verdwenen is (1/3)

Het is jammer dat het bovennatuurlijke, heden ten dage, als acceptabele verklaringsgrond voor alledaagse raadsels vrijwel geheel uit beeld verdwenen is. Men is er tegenwoordig op gebrand om stante pede een logische uitleg voor zijn gebrek aan inzicht te kunnen opvoeren, zelfs in die gevallen in welke een onlogische, hoe buitenissig in eerste instantie misschien ook, […]

Continue reading →

Gram

Er zijn, voor zover ik weet, twee soorten mensen. Ik heb niet veel verstand van mensen. De eerste soort is de buitengewone mens. De tweede wordt ongeveer anderhalf keer zo klein. Toen mijn vrouw over kinderen begon, had ik dat gelijk moeten afkappen. Kinderen zijn nergens goed voor. Ze hebben wel de onsmakelijke gewoonten van […]

Continue reading →

Vliegtuigstand

Het was beschikt, voordat ik had ontbeten. Sneeuwwitte tekens in de lucht omschreven de weg terug. Slaapresten weggewreven, fietsend huiswaarts, was ik haar naam vergeten, of zij de mijne. Het was om het even; men moest gedurig zijn profiel updaten. Maar fietsverkeer werd in een fuik gedreven. Wegwerkzaamheden, lieten mij borden weten, die mij op […]

Continue reading →

Bijstandstrekker

Hoeveel bijstandstrekkers kent u? Ik gok niet veel. Mensen op het laagste maatschappelijke level kent u uit de krant, of uit de buurt, maar verder komt u niet. Andere vraag: hoeveel psychose-patiënten kent u? Ik wed maar weinig. Psychose, u kent het woord, u kent het van de verrekijk, wellicht, en daar blijft het bij. Maar dan: hoeveel bijstandstrekkers kent u, die uit de eerste hand weten wat een psychose is, en die bovendien op zoek zijn naar een uitvergrote foto van Hans Wiegel en Frits Bolkestein voor in de huiskamer? Wederom een gok: ik gok niet een.

Continue reading →

Het vogeltje

Voorzichtig pakte ik het vogeltje op en met twee handen hield ik het vast. Mijn palmen sloten zich om het warme, trillende lijfje. Ik drukte het beestje aan mijn borst en bekeek mijzelf in het raam. Een naakte jongen met een stervend vogeltje in zijn handen. Zou ik de buurvrouw weer roepen?

Continue reading →

De visser

Het was later dan normaal toen Peter zijn huis verliet voor zijn gebruikelijke wandeling naar de IJssel. In gedachten verzonken volgde hij de vaste route, een vergeten fietspad dat gedeeltelijk parallel liep aan de rivier en na een paar honderd meter weer afboog naar de uiterwaarden. Al snel bereikte hij het water. De hemel was […]

Continue reading →

Een briljant idee

Toen hem werd meegedeeld dat zijn ouders bij een vliegtuigcrash om het leven waren gekomen en het onmiddellijk en zeer duidelijk tot hem doordrong dat hij, zijnde de enige erfgenaam, voortaan voor honderd procent verantwoordelijk zou zijn voor het immense landhuis dat zij bewoond hadden, kreeg Jochem U. een briljant idee: hij zou het huis, dat werkelijk een ode aan de schoonheid was, een historische buitenplaats bovendien, zeventiende-eeuws, en nog onlangs door zijn vader voorgesteld als Nederlandse kandidaat voor de Werelderfgoedlijst, tot op de grond toe afbranden en daarna een reusachtige schadeclaim indienen bij de verzekering. Maar eerst, eerst zou hij het helemaal leeghalen.

Continue reading →