Onder de douche na het zwemmen. Tegenover me zijn twee begin-twintigers met elkaar aan het babbelen. Een jongen, een meisje. Er staat nog iemand tussen hen, ze praten langs hem heen. Zij is voor een vierde Moluks, maar niemand ziet dat en dat steekt haar. De jongen begrijpt wel dat niemand haar als Moluks ziet. Ze is het ook niet meer. Als je een glas cola hebt en je drinkt dat voor driekwart op en je vult het daarna aan met water, is het geen cola meer. Het meisje is het niet met hem eens. Ook in aangelengde cola proef je de smaak van cola. En het ziet er ook nog steeds als cola uit. Misschien wat lichter, maar de colakleur blijft zichtbaar. Voel jij je Moluks?, vraagt een andere man aan haar. Ja, zegt het meisje. Nou, dan ben je Moluks, zegt de man. Kijk, zegt het meisje, daar heb ik nou wat aan. Waarna ze vertelt over haar stage en dat de mensen haar daar kaaskop noemen, omdat er helemaal niks Moluks meer aan haar is. Haar huidskleur niet, haar accent niet, haar gewoontes niet. Daar heeft ze dan weer geen moeite mee. Ik vermoed omdat ze wist dat de mensen dat zeiden om haar te plagen.Ze weten dat ze trots is op haar overzeese wortels. Door haar kaaskop te noemen, zeggen ze: ik weet dat je Moluks bent. Zelf ben ik een vierde Georgisch.Ziet ook niemand aan me. Soms wil ik toch wel graag dat mensen het weten. Alsof ik wil zeggen: kijk, ik ben interessanter dan ik eruit zie. Wij mensen, wij willen voor vol worden aangezien.
Ik ben half Hongaars maar tegenwoordig toch wat voorzichtiger met melden ;).