“Hoe ik een toekomst tussen ons voor mij zie,” mijmerde Hurk, opboppend van zijn kruk om iets uit zijn kontzak te kunnen grabbelen: een stuk verfomfaaid papier.
“Een lijstje?” vroeg Kippfest in zijn microfoon, “Je hebt een lijstje??”
“Ik vind dat schattig,” giechelde Dehby. Hurk grinnikte nerveus mee terwijl hij het blaadje uitvouwde. Mooi! Terug in de race!
Hij schraapte zijn keel: “… Huhm. Ehh zoals veel vrouwen dromen en denken over hun bruiloft, denk ik over de toekomst die ik wil. Ehehmm: ‘ik’? Denk jij nou? Ehh, ja, want.. ehh…”
Hurk draaide het blaadje om, en zocht naar het goede stuk, want hij had het bij het schrijven in vieren gevouwen en op elk kwart in het klein ondersteboven of linksterechts van het vorige kwart geschreven.
“Ehhh… Oh ja. Ik? Nee, ik bedoel, ja, want ik zoek naar jou. En als jij bent wat ik zoek, dan weet jij dat wat ik wil is wat jij wilt. Zo niet ehhhhh even goeie vrienden?”
Dehby zuchtte alvast diep: “Ik denk dat ik het héél graag wil.”
Mooi! Extra punten! Ligt Hurk al voor, nu?
“Dus, ehh,” ging hij door op het volgende kwart, “Ehh… Sorry. Ehh… Dit is mijn lijstje. Wat ik wil, is een financieel goede toekomst bouwen, zodat wij zo snel als mogelijk vrij zijn te doen wat wij willen. Ik budgeteer alles!!”
Hurk keek verbaasd op omdat het publiek was gaan lachen, maar dit kwam door de gaap-gebaren van Kippfest, die nu Hurk aanspoorde door te gaan.
“Eh. Ja. Sorry? Ehh… Wat wij willen, maakt niet uit- als het maar mogelijk is! Kinderen? Dan weet ik wat ze kosten, wat ervoor opgegeven moet worden, ik zal dus ehh niet gillend wegrennen bij de eerste problemen. Enzovoorts. Ik ehh… Ik heb ook een powerpointshow. Gebasseerd op excel grafieken.”
“Echt?” vroeg Kippfest, alsof hij het niet kon geloven.
“Ehh. Ja? Ik heb een USB stick bij mij, ik weet niet of…”
“Nee. Sorry. Ehh Dehby. Enige vragen?”
“Ja,” verzuchtte Dehby, al half op de door Hurk bij elkaar gedroomde wolk.
“Húrk. Ik vind dat héél mooi, wat jíj́ gedáán hebt. Maar,” diepe zucht, “Ik heb wél wat praktische vrágen. Jij denkt véél na over geld, denk ik… Máár stel nou dat wij iets willen hébben, wat té dúúr is? Wat dan?”
Hurk schoof weer links-rechts-links zijn kont naar achter op de kruk met een kleine tevreden glimlach. Die vraag verwachtte hij al!
“Nou, ik heb dus verschillende excel sheets die berekeningen kunnen maken, je hoeft alleen de rentevoet in te vullen en dan zie je hoe lang je moet sparen, of hoeveel het kost te lenen, en het houdt zelfs rekening met…
“Nee ik hou niet van lénen,” kapte Dehby dat snel af.
“Eh. Ja, nee, daarom, zei ik ook, sparen, zodat…”
“Nee ik denk dat je de vráág niet snapt. Of begrijpt. Het is té duur!”
Ze wierp haar handen op, onzichtbaar voor Hurk, dus kopieerde Kippfest haar beweging.
“Te duur!” herhaalde hij, ook.
“Het hoeft niet eens om de hoevéélheid geld te gaan,” legde Dehby uit, “Soms zie ik iets vóór… Nou… Víj́f euro, máár? Tóch vond ìk het te dúúr.”
“Ehh ja,” antwoordde Hurk, zijn frons weer licht teruggekomen, “Maar… Wil je het dan ook?”
“Natuurlijk wel maar niet voor zo’n absúúrde prijs, he.”
“Ik zeg dus altiet maar zo, he,” voegde Dennis toe, “Op gluk kéndege helemaal geen prijs leggen, neh?”
“Nou dat is dus prècíés hoe ík mij voel!” riep Dehby uit, eindelijk begrepen. Hurk begon te zweten. Zijn voorsprong slonk.
“Nou moet ik onpartijdig zijn,” mengde Kippfest zich in het gesprek, “Maar mij valt dus op hoe bij jou alles over de centjes gaat, Hurk. Waarom heb je het niet over wat jij wílt?”
“Nou, ehh… Ik wil… Ik wil…”
Hel en verdoemenis! Maar wat als zij niet wil? Tweesprong in het
even. Ga ervoor, Hurk! Zeg wat je wilt! Dan weet je of de deksel echt past!
“Uuhh ik wil… Ik wil kinderen. Eigenlijk. Een gezinnetje beginnen.”
“Ik óók!” schaterde Dehby het uit, met een lach van puur geluk. Hebbes!
“Maar,” klonk het al een stuk koeler, “Dan heb ik wel een vráág. Stel, wij kiezen ervoor om kinderen te hebben. En wij kríj́gen ze, want he, dat moet óók maar lukken. Stél. Stel dan dat we na een paar jáár denken, nee, sorry, ik wil tóch geen kinderen?”
Kippfest en Dennis keken Hurk vol verwachting aan. Nou? Hurk? Wát dán?
“…Wat?” vroeg Hurk.
“Stel dat ze te dúúr zijn, Hurk,” legde Dehby uit. Tsjongejonge je moest die gozer wel echt alles uitleggen.
“Te… Dan… Ehh bezuinigen we?”
“Vijf éúró is al té dúúr, Hurk!” riep een nu echt ongeduldige Dehby uit.
“Het gaat weer alleen maar om de munten, he Hurk,” herinnerde Kippfest hem, “Waarom praat je niet over wat je écht wilt?”
“Wilt? Maar we wilden toch kinderen?”
“Nu niet meer,” haalde Dehby haar schouders op.
“Maar…”
“Ik wíl wél kinderen,” stelde ze hem gerust, “Maar wat als we het níét méér willen?”
“Wat??” vroeg Hurk nerveus.
“Ik wil niet stoken,” zei Kippfest, “Maar het klinkt nu wel alsof je problemen maar gewoon liever uit de weg gaat, Hurk. Je kan niet tegen elk probleem geld gooien en hopen dat het overgaat, he?”
“Ik háát kinderen, he,” voegde Dennis nonchalant toe, tot grote hilariteit bij het publiek.
“DDDDEEENNNIISSSSS!!!” riep de gangmaker luid door zijn tot een toeter gevormde handen.
“Ik mot ze niet!!”
“Hihihi nou dát zullen wij nóg wel zien!” giechelde Dehby.
“Ja,” zei Kippfest, peinzend zijn kin strelend, “Maar daar hebben Dennis en Dehby wel een punt he? Je kan altijd nog kinderen nemen- er is tijd om over na te denken! Maar laten we nu naar Dennis gaan… Hoe zie jij een toekomst met Dehby voor je?”
“Wiet’k veul,” zei Dennis, op een voor een kruk eigenlijk onmogelijke wijze onderuitgezakt. Het publiek werd wild! DENNNISSS!!!!
“Haha Dennis!” riep Kippfest uit, het publiek ondertussen tot rust manend, “Maar je hebt toch wel een idéé!”
“Neuj! Wiet ik veul! Wat intressiert MIE dat nou??”
Dehby voelde zich gevleid. Een man, die zijn eigen leven leidt, die niet Dehby probeert te paaien met goedkope complimentjes, ja, zelfs hard to get speelt… Die is in een datingshow om Dehby haar hart te winnen? als dat geen liefde is!!
“Ok, Dennis… Uitdáging geaccepteerd!” lachte Dehby, “… Maar… Kán jij dan wél zeggen wat je wél interresseert?”
Dennis, nog verder onderuitgezakt, met zijn handen diep in de zakken van zijn joggingsbroek gepropt, haalde zijn schouders op.
“Weut’k veel. Vuulisbakkn in den brand steekn, denk’k.”
Lachen gieren brullen! Hier was Dennis minder gecharmeerd van, want hee, we hebben het hier wel over wat iemand beweegt en nu klinkt het alsof hij daarvoor in de maling werd genomen. Dus, hij ging rechtop zitten, en keek het publiek en Kippfest uitdagend aan, zijn kin meermaals opwerpend.
“Jah, ik stéék vuulisbakkn in brand, neh? Haddewat?? Dan?? Nou??”
“Hahaha,” lachte Kippfest in zijn microfoon, “Dat kán toch niet?”
“Kannie?? Moedde gij’s weten, neh? Assik mien zippo áán-stéé-krrr,” zei hij het laatste woord langzaam met zware nadruk, en daarna het geluidloos herhalend met zijn lippen, de hele tijd knikkend, “Assik die dus in’n vuulisbak miétr, dan vlieght die dus zó den brand in, neh? Helemáál as ik dr ook nog spie-rie-tus bij mikkr.”
“Het klínkt wél alsof jij een man bent mét een pássie,” zei Berthy, “Maar ik moet tóch vragen hoe ónze toekomst eruit gaat zien!”
“Jah ik ziddop Tiktok, neh?”
“Oh, en wat doet u daar dan?” vroeg Kippfest.
“Ja vuulisbakkn in den brand stéékn!” riep Dennis gefrustreerd uit. Dat had hij net nog gezegd.
“Van je hobby je beroep maken,” zei Kippfest bedachtzaam, “Dat is toch wel ieder zijn droom. En, stuurman, blijf bij je leest!”
“Ja dazalwel dan, neh,” bromde Dennis.
“Hmja,” zei Dehby, nog niet helemaal overtuigd, “Laatste vraag: hoeveel relatie ervaring hebben jullie?”
“Twaalf jaar,” zei Hurk snel.
“Mijn eerste vrouw, childhood sweetheart, is helaas overleden omdat een auto de pui van onze woning binnen reed,” zei Hurk, waarna het publiek “Awwwww” riep, waar Hurk snel op kapitaliseerde, “Ja, en daarna heb ik twee langere relaties gehad. Mijn laatste relatie ging uit toen mijn vriendin werd gearresteerd wegens colportage.”
“Oei,” zei Dehby.
“Ja. Maar, daardoor weet ik wel, ik heb veel ervaring, ik weet ehh wat ik wil, en ik weet wat ik moet doen om…”
“Nou klinkt meer assof gehet niet weut,” mompelde Dennis, met armen over elkaar.
“Pardon?”
“Iek heb dus necht nimmernooit niet geen relatie g’had, he? Onbeschreuvn blad,” klopte Dennis zich op de borst.
“Nóg nóóit?” snakte Dehby.
“Neuit. Mien ouders zeggn, ook, vaak, zeg, he, kerel, ze kommen dus niet bij uw op onze zolder aanbelln, he! Maar’k heb daar SCHIET an, he. Zend dat maar uit!” daagde Dennis Kippfest uit.
“Hmmm… Ik dénk, ik weet genoeg!” riep Dehby. Hurk glunderde in voorbarigheid, maar kom op: Dennis!
“Ik kíés… Dennis!!”
“Wát??” riep Hurk uit, bij wijze van felicitatie.
“Heeeeuuujjjj!!” riep Dennis, beide armen zo hoog opgooiend dat zijn bierbuik ontbloot werd. Hij sprong op van de kruk, en deed dezelfde overwinningsdans uit zijn introductiefilmpje.
“DENNIS! DENNIS!! DEEEEENNNISSSSSSSS!!!” galmde het publiek, als uit één keel. Kippfest klapte! Wauw! Gefeliciteerd, Dennis!!
“Tieeeehihihihihi!” giebelde Dehby van voorpret.
“Maar… Maar… Waarom??” riep Hurk.
“Ja,” zuchtte Dehby, “Kijk, ik vónd het heel leuk dat jij álles goed geplanned hebt, máár ik dacht wèl, hallo, moet álles over geld gaan? Alleen maar over wat álles kost, ja, géld, en wie moet dat betálen dan? Zéker ik! Ook vond ìk het fijn dat jij wél rélatie ervaring hebt, máár… Heb je niet soms gewóón een vérs perspectief nódig? Blijkbaar werkt dit gewoon niet voor jóú,” troostte ze Hurk.
“En Dennis, ja, ik zie óók wel, he, een dróómman, nee, dat is hij niet, haha!”
“Heuj!” riep Dennis verontwaardigt.
“… Maar hij dúrft wel zijn éigen plan te trekken, tégen de gevestigde orde ín. En hij wéét zó goed wat hij wil! Is het de juiste weg? Maakt tóch niet uit, want hij gáát er wel vóór!”
“Hoera!” feliciteerde Kippfest Dehby en Dennis, die elkaar nu voorbij het gordijn konden ontmoeten! Hij liep op ze af, en schudde Dennis de hand.
“Dit is al de vierde aflevering op rij van Ladybrekers die jij wint, Dennis! Netjes gedaan!!”
“Wauw, wát góéd!!” riep Dehby. Als zoveel vrouwen hem hebben willen, wil dat echt wat zeggen!
“Ik zie dat Hurk al weg is… Jammer! En wat gaan jullie nu doen? Normaal gaan de winnaars op een date, maar ik zie dat het echt onwijs bizar hard aan het regenen is!”
“‘Kga gweun naar huus, he,” mopperde Dennis. Een wilde hengst moet je niet temmen.
“Mag ik een lift?” vroeg Dehby, Dennis omhelzend.
“Kben gweun met den bus, he! Ik HEB gien rijbwijs!”
“Oh ik wórdt misselijk van de bus,” zei Dehby somber, hem hopelijk aansporend te komen met een oplossing.
“Ja ‘kben met den bus,” zei Dennis kribbig. Kippfest lachte, het publiek joelde en krijste, er werden met stoelen gegooid, en een paar gordijnen werden in de fik gestoken.
“Hahaha! Wel, ik dénk dat wij Dennis de volgende aflevering wel weer kunnen zien! In! LADYBREKERS!!!”
De camera zoomde langzaam uit, we zien iemand uit het publiek met een snoekduik en gestrekte vuist op Kippfest’s kaak invliegen, de “Dennis” roepende dirigent probeert de zoom van Dehby’s jurk nu ook in de brand te steken, en Dennis schaduwbokst wat bejaarde gasten tegen de vlakte. Wat een aflevering! Niks dan pret! IN!! LADYBRRREKEKEKEKEKERRRSSSSSSS!!!!! HA!HA!HAA!!!!
Een voormalig collega vertelde me ooit dat ze gescheiden was van haar man, hij dronk, en hij werd een keer betrapt door de politie toen hij afvalcontainers in brand aan het steken was. Gevraagd naar het ‘waarom’, schijnt hij geantwoord te hebben: uit eenzaamheid.
Ik kan moeilijk het verband vatten tussen pyromanie en persoonlijke problematiek, maar ik zie Dennis beschreven hier.
Mijn laatste relatie ging uit toen mijn vriendin werd gearresteerd wegens colportage.”
“Oei,” zei Dehby.
“Ja. Maar, daardoor weet ik wel, ik heb veel ervaring, ik weet ehh wat ik wil, en ik weet wat ik moet doen om…”
Hmm. Ik weet niet Hurk of jij nog wel mijn steun verdient! Je vrouw op een dergelijke manier jouw centjes te laten verdienen? Bij nader inzien is Dehby hier goed weggekomen!
Zowieso!! DEENNIISSSS!!!!