LIMBURG!

Toerisme, mijn ding is het niet. Tot het punt van dat ik niet begrijp wat iemand anders er WEL aan kan vinden. Waarom doen jullie dat je eigen aan, man? Wil je niet een beetje tot rust komen in je vrije tijd? Als je graag in de rij wilt staan kun je ook gewoon een rolletje snoep bij de supermarkt halen he, hoef je niet voor in een mensenslinger naar de top van mount everest te sjokken.
En dan nog SCHOOLvakanties ook! Waarom zou je van alle gore, onhebbelijke wezens die God op de aerde en australie heeft gekwakt juist KINDEREN meenemen naar de Efteling, of Disneyland ofzoiets?? Lekker met zijn vijftien miljoenen tegelijkertijd op die ene dag in de schoolvakantie dat het wel lekker weer is, de hele dag gejengel en gekrijs aan je knar, geen enkele attractie is intressant, nee god nee ze zijn pas gelukkig als je je financiële zelfstandigheid amputeert om ze het meest kutte, onzinnige kutsouvenir te kopen wat dan na één week vergeten wordt en een teringzooi van je huis maakt, en als je dan beleefd vraagt “Vond je het leuk, dat Papa en Mama een tweede hypotheek hebben moeten nemen om je al gillend naar dat kankerpark te sleuren??” dan krijg je te horen “Hoe bedoel je? Welk park? Oh dat. Ja was wel… Geinig. Denk ik? Ofsow…”

Krijg maar lekker de tering, kutkinderen! Dan neem ik nog liever een vogelspin mee. IN MIJN NEK. En dan zie je al die huilende mensen op Schiphol staan, trillend van woede dat hun reis niet doorgaat wegens wat dan ook, roepend “DIT KAN TOCH NIET?? IK BEN HIER ZOO ONWIJS AAN TOOEEE!!!”
Echt hoe kut moet je leven zijn als een fucking VAKANTIE zo’n verschil moet maken. Gebruik dat geld lekker voor een cursus omscholing voor gevorderden, vind je passie, praat tegen je kut of kietel je gat, DOE iets met je leven christusmeziellus.

Nee, als het aan mij lag had ik nevernooitniet op geen enkele vakantie, ooit, gegaan, maar ja, corona he. Na twee jaar thuis zitten begon zelfs ik me te vervelen. Ik merkte ook steeds vaker op dat ik gewoon helemaal geen gespreksstof meer had. Alleen maar een soort vredige stilte in mijn hoofd, knettergek werd ik ervan. DOEN! Ik moet wat DOEN!!!

DUS. Dacht ik. Waarom ga ik niet op zo’n bejaardenvakantie? Een Rijncruise, misschien? Iets superkuts, alleen maar bejaarden die zwak zijn en die ik dus makkelijk weg kan duwen als ze in de weg staan van het lopend buffet. Shuffleboard spelen, beetje bingo… Ja. Dat zag ik wel zitten.
“Oeh kijk,” zei ik uiteindelijk uitgezocht, mijn vette vinger dik op mijn telefoonscherm drukkend, “Een paar dagen Valkenburg! Laten we dat gaan doen! Met de trein!!”

oooooohhh met de trein! Haha! Jullie voelen het al aankomen, he! “Hoe kut is de trein, Kippfest??” hoor ik jullie al vragen, voorkwijl vormend om smekkend te genieten van al mijn briljante woordspelerinkjeres.

Nou… Fantastisch! Eigenlijk! Ik bedoel, niet fantastisch, verre van natuurlijk, maar gezien hoe kut alles in het leven is, maakte rijden in een trein mij daar nou niet in het bijzonder bewust van. En als we dan toch zo groen bezig zijn, gelijk die hele rit lezen op… een E-book!! Nog zo’n topding! Met een paar klikken gooi ik er de meest obscure, zeldzame rare boeken op, pats, geen probleem! Weegt geen reet, stinkt niet, hoef ik niet open te forceren… Ik snap echt niet waarom echte boeken nog bestaan. Kijk alleen al naar die kaften. Hoe lang bestaan boeken? Honderd jaar? Meer?? Waarom staan die teringtitels nog steeds DWARS op al die KUTKAFTEN? Een uurtje boekwinkelen en ik heb een fucking NEKHERNIA. Zelfs mijn eigen baggerslechte schijtboek heeft de titel netjes leesbaar op de rug, maar die is dan ironisch genoeg weer in geen enkele echte boekenwinkel te krijgen. En maar goed ook, flikker op met die antieke papieren bagger, gooi lekker in een museum ofzo. En met een bedoel ik één. Alle musea affakkelen en de inhoud verkopen of in dat ene museum proppen samen met een miljoen kilo ouwe katten, kranten en bejaarden die naar pis stinken, ten ere van hoarding. FLIKKER OP MET DIE OVERJAARDE KANKERZOOI. Ik kan het niet vaak genoeg zeggen.

En als dan toch over musea gesproken: LIMBURG! “Wat is Limburg eigenlijk,” vragen veel, “Kippfest?” …mensen mij vaak. Nou ja de leek zou zeggen het buitenland (wat het niet is, eigenlijk, blijkbaar is het een soort eigendom van Holland? Nooit geweten, – Red.), maar nee, wat Limburg EIGENLIJK is, is een museum van Menselijk Vernuft! En dan in het bijzonder dat typisch Hollandse, hondsbrutale/grenzend aan oplichterij-soort-van vernuft! Kijk, Limburg, dat was 100 jaar terug gewoon een groeve. Een stel botte boerige mijnwerkers die hun provincie millennia lang aan shit hadden gehakt, toen met een schuin oor het concept van toerisme op hadden gepikt, en dachten: “… Dat is eigenlijk makkelijk centjes verdienen. Kunnen wij daar niet iets mee, met dat toerisme?”

Nou, nee, natuurlijk. Neem dat Valkenburg, wat hebben ze daar nou? Een ruïne van een kasteel, wat ze zelf hadden opgeblazen, en ongeveer tien miljoen mijngangen. Daar kan je echt helemaal niks mee. ZOU EEN NORMAAL MENS DENKEN! Niet de Limburger! Die pakte gewoon zijn kans! Voorbeeld: je kon een kaartje kopen voor die ruïne, en dan daarbij ook “De Fluweelgrot” bezoeken. Zo zo, dacht ik, een fluweelgrot? Is dat een soort, I dunno, vagina-achtig gevormde rotsformatie? Weet ik veel. Nee, zei de gids gelijk maar als eerste toegevend (wel NADAT ik het kaartje had gekocht), “Dit is eigenlijk geen grot. Dit is een groeve.”
Waar dat fluweel op sloeg weet ik ook niet, waarschijnlijk de alg-groei die daarbinnen alles verpestte.
In dat ding hadden ze dan wat houtskooltekeningen gekalkt, dat je nog iets te zien hebt, en er werden vrolijke anekdotes verteld, zoals twee kinderen die verdwaald waren geraakt en hun lijken werden teruggevonden zonder vingertoppen omdat die versleten waren door muren af te tasten.
“Maar er zijn geen muren. Alles in deze groeve zijn eigenlijk pilaren. Dus ze kropen eindeloos rondjes in het duister tot ze stierven van honger, dorst en uitputting.”
Cool! Leuk weetje! Bedankt!

Echt surreëel werd het bij de “Romeinse Catacomben”. Romeinse catacomben? In Limburg? Gaaf! Dat ze die dingen hier ook hebben joh! Tof!
Ik en mijn eega daar wachten bij de deur, worden aangepraat door andere bejaarden, dus ik zeg heel beleefd “Ja leuk, zo iets ouds te kunnen zien!”
En het vrouwtje in de rolstoel: “Jazeker, wel iets van vierhonderd jaar oud!”
… vierhonderd? Nou, ha, dacht ik, dat lijkt me dus effe niet, he, dementerend spook! Mijn gezicht sprong ook op standje “Nou…” dus pakte zij een folder uit haar tas. Die mocht ik wel even inkijken, hoor.

Ten eerste, vierhonderd jaar: echt niet. Die hele bende was godverredomme niet eens HONDERD jaar oud! Wat blijkt nou, een of andere textielbaron had een klap van de gristelijke molenwiek gekregen, en dacht: laat ik onze Heere Jezus eens lekker gaan eren door de catacomben van Rome na te bouwen. En niet de highlights, he? Nee: VIJFENTWINTIG FUCKING KILOMETER! Die gek heeft EINDELOZE gangen laten uithakken, met nissen, als een soort drie-dimensionale foto! Ontbrak er in het origineel stucwerk? Dan liet hij het mergel zo hakken dat het leek op Italiaans vulkaangesteente, inclusief bruin geverfd. VIJFENTWINTIG KILOMETER! AAN NEPNISSEN!!

De gids maakte het ook goed af, met een vertel/dans fusion. OP en NEER en HEEN en WEER en aankijken, wijzen, knikken, Penny de Jager die interpretatieve dans deed op van Kooten en de Bie. Een goede ploert, ook. Bij het binnenkomen stelde hij het vrouwtje in de rolstoel gerust, “Maakt u zich gheen zhoorghen, dit is prima ghoed toeghankelijk voor rolstoelen, er zijn een páááááhr trappetjes, maar gheen probleem: ghaat het niet? Dan loopen wij ghewoon om.”
Niet VIJF minuten na binnenkomst: WHAM. Steile mergeltrap hop bam de diepte in. “Ghaat dat?” vroeg hij poeslief.
“Nou… Ja… Ik denk…”
Zij komt omhoog, op een wijze dat je bijna zo’n slangenbezweerderige pastoor “PRRRAISE JESUS!” hoort roepen, strompelt naar beneden, terwijl haar net zo bejaarde man bibberend die rolstoel achter haar aan t(r)ilt. Nou ben ik een slappe zak hooi die dan gewoon lekker ongemakkelijk toekijkt, maar na drie trappetjes van dat had zelfs ik zoiets van, yo, man, hulp nodig? (En na drie van die trappen klonk zijn “Nee bedankt” als “In je dikke reet” HEE DAN NIET, BETER LAAT DAN NOOIT TOCH??)
Maar die gids! Niet hij! Die keek na elke trap nog steeds tevreden met zijn armen over elkaar: “Nou! Dat ghaat toch prima, zo, he?”
Bi-zar.

Al die neppe meuk gemaakt met het idee te doen alsof Limburg intressant is, en nu doen we alsof het echt zo is, omdat al die namaakzooi nu wel echt “Oud” is. Wow, echt antiek! Het bestaat al zooooo lang! NOU EN?? NOU? EN??? NOU DE FUCK EN! LEG UIT! WAT MAAKT HET UIT!! NOU!!!!!! ENN!!!!!!!!!!!!!!!!

Nou, en, wat is de moraal van dit verhaal? Alle verhalen moeten een moraal hebben. En dezes is natuurlijk dit: ga niet op vakantie! Leer van die Limbo’s: al woon je in de kutste provincie van Holland, pret en vermaak, dat maak je zelf. Dan komen vanzelf debiele toeristen om je geld in de klauwen te drukken om al je domme shit te begluren.

PS: ik heb weer mijn eigen site teruggekaapt!! Voor mensen die meer mij willen, kan u mooi kijken op mijn digitaal gebeeldhouwde kunststukje html hee hoo zo, met een extragratis mooi stuk over NEUSHAAR. Kliklik! KIPPFESTPUNTCOM!

4 Reacties

  1. Uit dit felle verhaal over Limburg slaat Kippfest zijn spijker op de kop wat onze huidige maatschappij betreft! Wij Nederlandsers zijn namelijk, na WO II, zo vreselijk verwend geraakt dat we teveel boven onze stand gingen leven, overdadige luxe wilden, veen wegwerpmaatschappij creëren, aak onze kinderen tot op het bot hebben verwend en hen niet of nauwelijks met normen en waarden hebben opgevoed, , dure reizen te willen ondernemen naar verre oorden in vliegtuigen die enorm veel CO2 uitstoten, wilde dieren als huisdieren willen hebben die feitelijk hun natuur niet verloochenen, zich niet hebben verzet tegen linkse regeringen die hen proberen te hersenspoelen, de massale immigratie van “asielzoekers en vluchtelingen” en moslims die hier totaal niet thuishoren en terwijl die vaak geen enkele vorm van dankbaarheid kennen naar de Nederlanders als hen een bad, bed of brood worden aangeboden, het openbaar vervoer waar steeds minder personeel voor beschikbaar is etc.!
    Thans is Nederland veranderd in een land waar de regelzucht van de Farizeeërs en Schriftgeleerden uit Den Haag en Brussel ons zodanig door de strot werd geduwd dat heel wat politici en bestuurders worden belaagd, uitgescholden, bedreigd of zelfs worden doodgewenst daar deze arrogante blauwe jakhalzen te lang vorstelijk in hun ivoren torens leefden en zij gewoon Oostindisch doof, blind en stom bleven voor alle grote problemen in Nederland!
    En of hier dan ooit een bende moderne Robin Hoods zullen ontstaan die de rijken willen beroven om aan de armen te geven is mij nog onduidelijk ofschoon in Limburg, in de 18de eew, wel soortgelijke dingen gebeuren waarvan zelfs een strip werd gemaakt door Willy Vandersteen van, ‘Robert & Bertrand’, genaamd:, ‘De laatste Bokkerijder’.

    In de Vlaamse plaats Boldervelde redden Robert en Bertrand en hun beschermeling Jokie (eigenlijk een prinsje) would-be persfotografe, Rozemarijn Stippenlift genaamd van een gijzelneming door een afvallige Bokkerijder en alter ook hun vijand, Speurer Nr 17.
    Deze kerel was lid van de bende van de Bokkerijders die Limburg terroriseerden en de rijken beroofden om te delen met de armen maar vaak ook uit goddeloosheid, eigenbelang, hebzucht etc. roofden en vernielden waarbij martelingen en moord door hen niet werden geschuwd.
    De Bokkerijders, die uit verschillende bendes bestonden, werden decennia’s lang door de drossaards en de schouten vervolgd en wie in hun handen viel wachtte meestal een schijnproces met martelingen om bekentenissen los te krijgen en hierna de dood te vinden aan de galg, de brandstapel, de kogel of doodmartelen!
    Het blijkt dat na het laatste Bokkenrijdersproces in 1794, waarbij de laatste Bokkerijder aan de galg te Siemkensheuvel in de buurt van Maaseik werd opgehangen, enkelen van de rovers wisten te ontsnappen. De enige van hen die nog leefde, een zekere Muilders uit Bocholt, hield zich onder een valse naam schuil in Bolderveld en hij begon daar een nieuwe Bokkerijders-bende op te richten om te plunderen en terreur te zaaien.
    Later bleek dat de schuldige, de op het oog aardige, dokter Minten te zijn, die er niet eens voor terugschrikt om zijn bendeleden te vergiftigen, zelfs als ze de eed op een zilveren beeldje van een bok hadden afgezworen.
    Dankzij de hulp van een helderziende wordt hij door Robert en Bertrand ontmaskerd en komt Muilders uiteindelijk om het leven met een vuurgevecht tussen de gendarmen.

        1. In de opgenoemde strip uit 1948 gedroegen de Bokkerijders zich trouwens op een manier die me deed denken aan een verhaal uit de bijbel, Exodus, waarin het joodse volk uit Egypte was geleid door Mozes maar zij totaal niet konden omgaan met vrijheid, ontevreden waren, soms terugverlangen naar slavernij en het vereren van afgoden.
          Ooit maakte het joodse volk, terwijl Mozes de Tien Geboden in ontvangst nam op de Sinaï-berg, de grote fout door een gouden kalf te smelten uit gouden sieraden en dit beeld als een god te beschouwen, iets dat eigenlijk dus afgoderij is daar een beeld niet leeft en geen menselijke emoties kent. De betekenis van het gouden kalf is dan ook dat men dan zeer sterk op rijkdom en geld is gericht.
          De Bokkerijders en Thijs maakten in de strip van Suske en Wiske zich feitelijk aan dezelfde heidense afgoderij schuldig omdat zij uit gestolen zilveren sieraden een zilveren bok smolten die zij echter WEL tot leven brachten met een kwaadaardige tovergeest die hun feitelijke leider was en ook aanbaden maar niet goed over hen kon heersen als een onstoffelijk wezen!
          Op een gegeven moment was de Zilveren Bok hierdoor zo kwaadaardig geworden dat hij Thijs en Lambiks’ voorvader wou laten terechtstellen maar de Bokkerijders kwamen toen allemaal, door ongewilde toedoen van Thijs, door een mijnexplosie om het leven! De zilveren Bok hield daarna door middel van zijn toverkracht Thijs 200 jaar lang in leven via een toverslaap terwijl Lambiks’ voorvader boetedoening deed voor zijn zonden en zijn afstammelingen zou verzoeken om Thijs tot inkeer te brengen en de Zilveren Bok terug te schenken aan de bestolen kerken.
          Toen Lambik op zoek ging naar hen beiden waren zij echter door een tweede mijnexplosie, in 1948, weer tot leven komen en kwam Thijs opnieuw in de macht van de Zilveren Bok. Deze wilde nog steeds de rooftochten van de Bokkerijders gaan voortzetten en hij stuurde daarop Thijs en een kwaadaardige dubbelganger van Lambik erop uit om nieuwe volgelingen te werven! Thijs probeerde daarop Suske en Wiske aan de Zilveren Bok uit te leveren terwijl Lambiks’ dubbelganger juist een oude boerin wilde gaan afpersen waar hij kostganger was!
          Op een gegeven moment voerden zowel de nieuwe Bokkerijders (waaronder een gekloonde Suske en Wiske die eveneens zeer kwaadaardig waren) strijd met hun prototypes en vielen zij later Sidonia aan die zij alleen niet konden gaan beroven!
          De Zilveren Bok verbruikte daarbij echter zoveel toverkracht dat hij besloot om hierna in een moeras te verdwijnen en Thijs daarin mee te sleuren! De helden en een groep padvinders konden alleen niet voorkomen dat Thijs eveneens wegzonk in het moeras, nadat er nog was geprobeerd om hem met de beeltenis van de Heilige Barbara tot inkeer te brengen, maar toen verdween de kwaadaardige geest uit de Zilveren Bok die hierna weer een levenloos beeld werd.
          De geest van Thijs was hiermee verlost uit de ban van het kwaad, hij kwam gemeend tot berouw en inkeer en leverde het beeld bij de helden af die het weer terugbrachten naar de kerken!

Laat een antwoord achter aan Kippfest Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *