De JR van de Streek begon al aardig te verdienen. Hij verkocht grafstenen aan armelui uit onbereikbare plekken in de hoge bergen. Zijn klanten leefden in de meest uitgeklede omstandigheden. Ik weet het want ik ging wel eens met hem op zijn tournee. Dan kwam je aan bij zo’n nooddruftige weduwe, na een rit van twee uur boven angstaanjagende ravijnen waaraan ik tot de dag van vandaag een onverzettelijk hoogtevrees heb overgehouden. Zijn Porsche/Mercedes deed de stof opwaaien en kalige kippen sprongen krijsend opzij als hij haar erf binnenreed. Een werkzame waterput stond daar allenig te wezen. Het gebouwtje stond er nog, bij de gratie gods. Je bukte om, door de lage deur, direct in de keuken/woonkamer/slaapgedeelte te belanden, waar niet zelden een geit medegehuisvest werd. Een reusachtig kolenfornuis snorde. In de hoek een takkenbezem die ze waarschijnlijk zelf had gemaakt, om de vloer van gestampte aarde te vegen.
Zijzelf – een uitgewist, krom, reumatisch oerwezen met een schort om en een doek om haar hoofd gebonden, bewoog uit de schaduw, en vroeg of we koffie wilden. Die ze vervolgens op het fornuis ging zetten, in een grote emaillen kan.
Op dit punt aanbeland had de 8-jarige die ik waarschijnlijk was, de rekenkunde uitgewerkt: hier viel geen cent te behalen. Het zou een houten kruis worden, en als dat niet in het assortiment bestond, dan een platte leisteen of iets dergelijks.
Mijn vader, onbewogen door een eeuwigheid aan zulke ervaringen, vertrok geen spier, ging perfect senang aan de wiebelende tafel zitten en ontvouwde zijn presentatieboek en het bijbehorend koffertje vol monsters van stenen.
De weduwe stond dan op, liep naar haar bed om, leunend op haar stok, met de vrije hand het stromatras op te tillen. Ze trok er een zware zak uit, sleepte daarmee en knalde die op tafel: wat kon ze hiervoor krijgen?
Een Tajmahal-achtige constructie van marmer uit Carrare, of van het fijnste graniet.
Die vrouwen lagen hun hele leven krom om praalgraven voor hen en hun echtgenoten te bekostigen.
De JR van de Streek spon gouden draden van deze extreme vorm van “Keeping up with the Joneses”.
De munten (soms antieke, want nog uit de eeuw ervoor, de 19de om precies te zijn. Ja ik heb mensen gekend die de 19de eeuw gekend hadden) werden omgesmolten tot vette biljetten en in een enorme kluis in de wandvullende boekenkast in onze woonkamer bewaard.
Althans: dat was de bedoeling.
Op een avond – het gezinnetje zat heerlijk naar een film te kijken op de ene zender van de pas aanschafte televisietoestel (die dingen waren maar net in de omloop) – hoorden we zacht doch hardnekkig geknaag.
En getrippel.
Na enig speurwerk vonden wij “de pot aux roses”: achter de deur van de boekenkast lagen stapeltjes papierensnippers. Een stel muizen hadden confetti gemaakt van de bundels biljetten die de JR van de Streek in zijn laksheid vóór de kluis had laten liggen.
De weduwe kreeg haar Taj Mahal. En met haar vele anderen. Ze staan er nog en zullen nog eeuwen staan, in een kring van 200km2 rond de kluis. U komt ze tegen als u als toerist de bergen bezoekt. De JR van de Streek heeft op elk van hen zijn handtekening gezet.
Leuk verhaal! Als de bejaarden zelf hun kuil groeven kregen ze een schappelijke korting van JR neem ik aan? Les temps perdu. Net als bankbiljetten ontzien de muizen ook boeken niet weet ik uit ervaring. Ze eten die snippers niet op neem ik aan want die lijken mij mij weinig voedingswaarde te hebben. Wellicht bekleden ze hun nestjes ermee voor hun talloze nakomelingen?
Zo zag het er wel uit idd.