Ronnie Flex is bezig met de opnames van zijn tweede album. Het valt ‘m zwaar. De onbevangenheid is weg. Hij wil laten zien wat hij waard is. Denkt veel na. Over wie hij is en wat hij wil laten horen. Hij blowt veel. De camera registreert hoe hij de ene na de andere joint opsteekt. En hoe hij danst terwijl hij smookt. De antwoorden die hij geeft zijn typisch van iemand die stoned is. Flarden van gedachten die zo diepzinnig lijken dat het onmogelijk is ze af te maken.
Het is zaterdagavond, de dag gloeit na. Een mooi moment om kennis te maken met de ‘popprins van de streaming generatie’, lijkt mij. Veel meer dan zijn monsterhit Drank en Drugs ken ik niet. Ik stem af op Alleen met iedereen.
Soms treedt Ronnie op. Voor kinderen van een jaar of vijftien die met hem op de foto willen en gaan gillen als hij zijn T-shirt uitdoet. ‘Goed je best op school doen’, zegt hij als hij het podium op komt. Hij voelt zich verder niet verantwoordelijk. Vindt het raar dat je ineens iets zou moeten laten, puur omdat je beroemd bent.
Tijdens het optreden zien we hem dansen. Door de knieën, armen vooruit zwaaiend alsof hij een koe melkt, hoofd naar beneden, fles drank in de hand. Na het optreden staat hij aan de bar. Weer een fles drank in de hand. Zo nu en dan maakt hij een dansmove. Dan komt er weer iemand die met hem op de foto wil. Gaat hij ernaast staan, lichtjes door de knieën, brede glimlach. Waarna hij weer alleen is. En verder danst. Iemand die zich op een feestje naast de koelkast positioneert, in de wetenschap dat er zo nu en dan iemand drank komt halen zodat je even contact hebt, ook al weet je niet wat je moet zeggen.
Waarom hij zo succesvol is en wat hij precies met zijn succes doet, blijft in het midden. Hij heeft veel kleren. Staat soms minutenlang voor de spiegel om de juiste pet te vinden. Heeft veel goud. Ook in zijn mond.
Het meest in zijn element is hij in de studio. Zijn producer vertelt dat hij in Londen in de kleedkamer bij David Guetta was. Het gerucht ging dat Drake zou komen. Guetta is zo blij dit nieuws te vernemen dat hij een vreugdesprong maakt, verkeerd terecht komt en naar het ziekenhuis moet. Weg Drake. Een verhaal over een ontmoeting die niet plaatsvond.
Er gebeurt sowieso verdomd weinig in het leven van Ronnie Flex. Daar komt het op neer. Het is een leven in sluimerstand. Als hij geen muziek maakt, speelt hij FIFA17. Soms met een vriend. Soms alleen. In zijn appartement staat niet veel meer dan een tv en een witte, skaileren bank.
Tegen het einde van de documentaire zit Ronnie samen met een vriend naar Excelsior – Feyenoord te kijken. De wedstrijd waardoor Feyenoord nog een week moest wachten voordat ze landskampioen werden. Weer een gebeurtenis die blijft haperen. Het leven als een aaneenschakeling van net-niet-momenten. Ronnie Flex kijkt wat glazig voor zich uit. Alsof hij voor de helft in een parallel universum leeft waarin alles niet gebeurt wat hier wel gebeurt en vice versa. Hij zweeft in het midden, niet helemaal wetend wat hij met de situatie aan moet.
Ronnie zit met z’n kampioensshirt op de bank en vertelt tegen z’n vriend dat hij erover denkt z’n nieuwe plaat ‘Alleen op de wereld’ te noemen. Zijn moeder noemde hem vroeger altijd Remy. ‘Omdat het altijd alleen maar om mij gaat’, zegt Ronny. Hij ziet zichzelf als een egoïst. Maar misschien zag zijn moeder vooral het talent van haar zoon voor eenzaamheid.
Wait bestaat deze dude wel echt, of komt hier ook een t-shirt van?
Dude bestaat echt.
Ik word oud :-( Las net ook dit:
http://www.nu.nl/achterklap/4730955/kraantje-pappie-verbrak-relatie-wegens-hit.html
En kan gewoon niet geloven dat dit niet een soort saaie versie van de Speld is. Of nou ja. Op een bepaalde manier is dat natuurlijk ook wel zo.