Catharsis

Het Amerika van de jaren 60 produceerde een golf van verontwaardiging tegen rock n roll. Tegen, met de kennis van nu, zoetsappige lieden als Chuck Berry en Elvis Presley. De burgerlijke braveriken van weleer vonden de teksten aanstootgevend. Of het ritme. Of de moves. Het deugde allemaal van geen kant en zou de jeugd linea […]

Continue reading →

De kunst van het zweven

Zwevend tussen hoop en vrees was ik mijn stempas kwijt. Normaal vind ik ‘m dan binnen een half uur, maar nu niet. Ik was ervan overtuigd dat ik hem een weekje eerder op de trap had zien liggen. Waarom ik er toen gewoon langs ben gelopen, zijn van die raadselen die van het leven zo’n […]

Continue reading →

De geschiedenis van mijn racisme (2)

Ik groeide op in een dorp waar je een paar Marokkanen had en een enkele Surinamer. Hun ouders werkten in de botverwerkingsfabriek even verderop. De stinkfabriek in de volksmond. Niet omdat er buitenlanders werkten, maar omdat de fabriek een niet te harden stank produceerde die ons hele dorp teisterde als de wind uit het westen […]

Continue reading →

L’enfer, c’est les autres

De beroemdste zin uit het stuk Huis clos van Jean-Paul Sartre, “l’enfer c’est les autres”, wordt, al dan niet in het Nederlands “de hel, dat zijn de anderen”, te pas en te onpas gebruikt, wanneer men hinder ondervindt van de medemens. Toch is dat niet wat Sartre heeft bedoeld. Hij had het over de ‘en-soi‘, […]

Continue reading →