Mijn buik begon zag eruit als een blubberig zeemonster. Spierwit met bruine moedervlekken. Mijn navel werd dieper en dieper en de pluisjes die ik eruit haalde als ik onder de douche stond werden zo groot dat ik er binnen een maand een sjaal van kon breien. Dus toen ik op een dag langs sportschool Hercules liep en op een sandwichboard werd uitgedaagd om ‘the challenge’ aan te gaan, wist ik dat ik naar binnen moest. Ik kreeg een personal trainer die erop zou toezien dat ik binnen twee maanden een goddelijk lichaam had.
Hank was ooit professioneel bodybuilder geweest. Zijn nek liep over in zijn schouders, zijn gezicht was buitenproportioneel klein, zijn haar verdwenen. Hij keek in de spiegel terwijl hij naar me toe liep. Ik zei dat ik de handschoen wilde oppakken en deel wilde nemen aan the challenge. ‘Weet waar je aan begint’, zei hij en gebaarde dat ik mee moest komen. Hij ging me wegen en meten en vroeg wat ik op een dag at. En wat ik gemiddeld dronk. Ik vertelde wat ik dronk, hij zei dat hij dat maal vier deed.
We zouden rustig beginnen, maar na tien minuten was ik kapot. Hoewel ik in mijn eentje was, sprak Hank mij aan met ‘dames’. Dan zei hij dingen als ‘oké dames, step it up’. Of als ik een kreuntje liet ontglippen, zei hij ‘niet zeuren dames’. Na de eerste training kon ik drie dagen niet recht lopen. En die derde dag moest ik alweer naar Hank toe. Hij raadde me aan veel vlees, rauwe groenten en eieren te eten. En minder bier te drinken. Toen ik de maandag na mijn eerste weekend vertelde dat ik die zaterdag naar het café was geweest, was hij diep teleurgesteld. “Godverdomme”, riep hij en schopte een prullenbak naar de andere kant van de kamer. Hij zag het als een persoonlijk falen. Toen ik eens op een woensdagavond niet op kwam dagen omdat ik besloten had dat het weer eens tijd was om met mijn vrienden in het café te zitten, beulde hij mij de vrijdag erop extra hard af. Er zat een duidelijke woede in zijn bevelen. Op de loopband verdween het bloed uit mijn hoofd, werd het zwart voor mijn ogen, maar ik toen ik inhield om te stoppen schreeuwde Hank dat ik moest doorgaan. Toen ik na 250 keer touwtje springen door mijn knieën zakte, knielde hij naast mij neer en schreeuwde hij dat ik me 50 keer moest opdrukken. Toen ik na de training zei dat ik zo niet wenste toegesproken te worden, zei Hank dat hij daar niets mee te maken had. We hadden een afspraak. Ik was de challenge aangegaan. Hij had een verplichting, ik had een verplichting.
De volgende dag stond hij voor mijn deur met een grote vuilniszak bij zich. Daarin stopte hij alle voedsel in die niet goed voor mij was. Dat mijn vrouw en kinderen er ook van moesten eten, interesseerde hem niet. Hij gaf me een grote pot voedingssupplementen en een kilo bananen en vertrok weer. De trainingen werden grimmiger en intensiever. Ik merkte dat niet alleen mijn lichaam, maar ook mijn karakter aan het veranderen was. Ik was sneller geïrriteerd en kreeg steeds meer de neiging om mensen te slaan. Inmiddels had Hank mijn sleutels laten bijmaken, zodat hij zichzelf de toegang tot mijn huis kon verschaffen. Wat hij dan ook geregeld deed. Soms bleef hij zelfs slapen en dan begonnen we de ochtend met een training van anderhalf uur.
Mijn kinderen bijven er redelijk onbewogen onder. Ze vinden het leuk om hem in zijn staalharde buik te slaan. Hij noemt mijn kinderen ook dames. Mijn vrouw noemt hij mevrouwtje. Zij is er minder over te spreken dat Hank inmiddels zo ongeveer bij ons is ingetrokken. Ze vindt dat ik hem de deur moet wijzen. Ik heb het wel geprobeerd, maar Hank weigerde. ‘Afspraak is afspraak’, zei hij dan. En als ik dan zeg dat dit niet de afspraak was, dan wijst hij me op de kleine lettertjes in het contract waarin staat dat hij zich de toegang tot mijn huis mag verschaffen als dat nodig is. Dat ik nooit een contract heb ondertekend doet er volgens Hank niet toe. Dat mijn buik inmiddels is verdwenen en mijn doel heb bereikt, blijkt ook geen reden om de challenge te stoppen. Volgens Hank ben ik er nog lang niet.
Momenteel zit hij hier naast mij op de bank. Naar een documentaire van Janis Joplin te kijken. Onderwijl knijpt hij in van die knijpertjes om de kracht in je handen te vergroten. Mijn vrouw leeft boven, die laat zich hier niet meer zien. Ze praat ook niet meer met me. Ik weet niet zo goed wat ik moet doen. Tips zijn welkom.
Hee ja herkenbaar! Ik ben laatst ook weer begonnen met meer bewegen enzo, en nu heb ik elke keer dat ik een gans of een zwaan zie een onverklaarbare woedebui, en fantaseer ik over zo’n beest wurgen om hem dan op te kunnen eten. Vooral zwanen. Daar ben ik wel benieuwd naar.
Ze schijnen niet te vreten te zijn. Zwanen.
Oh :-(
: )
Wat * een * briljant * stuk