Grote geesten als Jasper Grootveld c.s. later in hun leven zien onderworpen worden aan niet bepaald schrandere zorgtypes… Het is elke keer slikken.
In het geval van Jasper kon ik er niet tegen. Het was tenenkrommend. Ik adviseerde hem dan ook om dood te gaan. Wat hij een week later gewoon deed.
U kunt denken: BELACHELIJK! Maar ik was zijn door hemzelf genoemde “doodsdeskundige”, omdat ik voorspelde wanneer men de pijp aan Maarten gaf. Ik had van mijn vader de kennis over ‘het masker des doods’ met de paplepel meegekregen.
Een paar jaar eerder was Jasper midden in de nacht de gracht in gevallen. Hij vroeg: “Het gaat slecht. Ga ik dood?” Ikke: “Nope.” Hij geloofde erin en bleef leven.
De nacht dat hij overleed was ik met vriendin Julie naar een lezing van schrijfster Fay Weldon. Op de weg terug fietste ik langs Sint Jacob waar Jasper woonde. Op dat late uur was het rustig op de Plantage. Uit hotel Lancaster klonk My Generation van The Who. Onwetend van wat zich voltrok nam ik bewust dat lied mee terwijl ik de gevel van Sint Jacob passeerde. Het trof mij als de perfecte soundtrack voor exact dat moment. Jasper, jaren ’60, My Generation… Ik groette in de wind degene die mijn grote meester en vriend was geweest, zoals ik elke keer deed als ik langsreed.
De volgende ochtend trof mij het nieuws dat Jasper die nacht dood was gegaan. Jan Bianchi heeft zijn laatste momenten met zijn mindblowende gitaarspel bijzonder gemaakt.
Sint Jacob is ook niet meer.