“Pap, er zijn toch geen mensen die honderd worden?”
“Ja hoor, die zijn er wel.”
“Maar die zijn dan toch dood?”
“Nee hoor, niet allemaal. Sommige mensen worden honderd jaar. Of zelfs ouder.”
“Maar niet alle sommige mensen toch?”
“Nee, niet alle. Maar steeds meer mensen wel.”
“Alle sommige mensen zijn heel veel mensen hè.”
“Ja, dat zijn er heel veel.”
“Zijn alle sommige mensen al geboren?”
“Euh, ja.”
“En de meeste mensen zijn ook al geboren.”
De meeste mensen nu wel geboren? Fatalistisch kind, zeg.