Het grootste leed is kinderleed. Kinderverdriet is misselijkmakend. De nieuwsberichten over het 6 jarige Syrische jongetje dat “meer gemarteld werd dan de anderen” kan ik niet lezen. Waarom mezelf blootstellen aan berichten over de walgelijke praktijken van mensen tegenover kinderen, als ik er werkelijk helemaal niks tegen kan doen. Ik kan slechts een online protest-handtekening zetten. Een gratuite en zinloze handeling die ik natuurlijk toch uitvoer, onder het mom van ‘baat het niet, het schaadt ook niet’.
Op mondiaal niveau is mijn invloed op kinderrechten nihil. In het dagelijks leven kan ik daarentegen wel een verschil maken. En dat kan iedereen die zich nu -terecht- opwindt over de gruwelijkheden in Syrie. Dus zet die protest-handtekening, en loop daarna met open ogen door de stad. Kijk hoeveel kinderen lijden onder klein leed. Ik bedoel niet zij die mishandeld worden. Dat is groot leed waarvan ik aanneem dat iedereen bij een vermoeden daarvan het Meldpunt kindermishandeling belt. Ik bedoel de kinderen die lijden onder middeleeuwse opvoedingspraktijken. Daar neem ik het voor op.
En nee, dit is geen poging tot zelf-zalig verklaring: kijk de Sainte Vrouwke eens goed werk doen. Daarvoor is het net iets te eenvoudig zo’n interventie. Alles wat nodig is, is namelijk je eigen angst en gêne te overwinnen.
Zo aarzel ik niet om een huilend jongetje, waarvan de moeder 50 meter verder op ongeïnteresseerd en al lopend schreeuwt: “Ik laat je staan hoor. Mama gaat alleen naar huis”, bij de hand te nemen en samen te wachten tot ze uiteindelijk terug komt. Lastiger vond ik de vader die zichzelf als kind opstelde: “Als jij stout doet tegen papa, doet papa stout tegen jou”. Pets. Tik. Dit speelde zich af voor de tent naast ons, op een lieflijke camping in Frankrijk. Toen ik zei dat ik van deze aanpak schrok, vertelde de man doodleuk dat ik dan maar weg moest kijken. De volgende dag waren zìj weg.
Helemaal moeilijk was het om in Parijs, gehinderd door een fikse taalbarrière, een moeder te wijzen op het feit dat het oudste kind zojuist een flinke pluk haar uit het hoofd van zijn werkelijk krìjsende broertje had getrokken, en zijn andere hand klaar stond voor een tweede pluk. De moeder leek het gebeuren totaal oninteressant te vinden. Ik besloot om niks te zeggen (adrenaline en Frans praten is een onmogelijke combinatie), maar te blijven staan en kijken. Dat was voldoende om het oudste kind te laten stoppen en het jongste ‘getroost’ te zien worden.
Ik weet ook wel dat een individuele interventie van mij waarschijnlijk geen blijvende invloed heeft op vervolg acties van deze ouders. Maar toch, stel dat veel mensen dit zouden doen: het zonder schaamte opnemen voor een kind met klein leed. Voor sommige ouders zou het misschien de eye opener zijn, die ze nodig hadden.
Dus, als je op macro niveau niks voor een kind met groot leed kunt betekenen, pak dan tenminste je kans op micro niveau, bij klein leed.
En terwijl je daar dan toch met open ogen door de stad loopt, zoek dan meteen even mee met het kind dat zijn moeder kwijt is. Want ook dat doet tot mijn verbazing lang niet iedereen.
Ik erger mij meestal aan het tegenovergestelde. Ouders die hun kinderen maar laten begaan. Zoals laatst in de supermarkt: een meisje dat op de top van haar longen schreeuwde: ‘HIER BEN IK’, en dat om de 10 seconden. Bij de 20ste keer kon ik eindelijk wegrennen. Zij was nog rondjes aan het rennen en HIER BEN IK aan het schreeuwen. Haar moeder stond onverstoorbaar te kletsen.
O ja, kinderen met een chronisch aandachtstekort worden ook heel erg. Heel erg!
H: En hij schreeuwt ook zo hard. Was jij niet ooit bezig met een soort helm?
HA: Je bedoelt waarschijnlijk de K.L.O.R.H., de Kinderlawaaioverlastreductiehelm. Ja, daar werk ik af en toe nog aan. De voornaamste constructieve problemen zijn opgelost: hij gaat uit twee halve bollen bestaan die aan 1 kant met een scharnier aan elkaar bevestigd zijn, zoals zo’n theemuts die we vroeger thuis hadden en waar de hele theepot inpaste. Dichtklappen en klaar is Kees. Er komen [zo klein mogelijke] gaten in voor ogen, neus en nek, en de binnenkant wordt bekleed met dempingsmateriaal.
H: En dan hoor je dus niets meer?
HA: Was dat maar waar, nee, het gaat hier om reductie, niet om eliminatie. Dat is helaas onmogelijk. Je moet niet vergeten dat er er dus gaten inzitten waardoor geluid kan weglekken.
H: En als je die gaten nu eens stevig dichtstopte, me dunkt dat het na een tijdje.. haha.. dan wel behoorlijk stil wordt!
A: Wat? Moet die helm om het hoofd van het kìnd? Ik dacht dat je die zèlf moest opzetten..
HA: Een merkwaardige vergissing, het ligt toch voor de hand dat je het probleem zo dicht mogelijk bij de bron aanpakt? Maar goed, eliminatie zit er dus niet in. Nee, het zit zo: Babies en jonge kinderen kunnen qua volume tot 124 dB komen, dat is harder dan een rockconcert of een opstijgende jumbojet. Mijn streven is om het niveau van laten we zeggen ‘The Death Metal Zombies’ terug te brengen tot ongeveer iets in sfeer van ‘Een Gezellig Avondje Met Corrie En De Rekels’. Dat zou al een hoop schelen.
Was dat in Top of the Blogs?
Nee. Winter in Leusden 11 A op Bicat.
Waar kan ik deze helm bestellen?
Helaas nergens. Ik kreeg geen subsidie.
goe stukkie, Van Stavast.
Dank u!