Zomergasten recensie Henny Vrienten 22 juli 2012

Henny Vrienten zanger en bassist van o.a. Doe Maar, geïnterviewd door een Vlaamse presentator: Jan Leyers.

‘Zomergazzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz’ zei een vriend en gelijk had hij. Het was een slaapverwekkende uitzending. Op alle fronten (in de uitzending zelf maar ook op de site van de VPRO) wordt reclame gemaakt voor het Tweede Scherm, dat mij moet voorzien van aanvullende info. Net als vorig jaar ben ik van de nut ervan niet overtuigd. Alles wat ik verder wilde opzoeken heb ik uiteindelijk op eigen kracht moeten doen, gewoon via good old Google.

En zelfs dat hielp niet altijd. Zoals over de mededeling dat Doe Maar een beroep deed op inzendingen voor lyrics. Henny Vrienten kondigde aan dat iedereen een vervolg op de regel: ‘Op een dag komt de dag dat’ kon opsturen via facebook, twitter en website. Noem me een kluns, ik heb het nergens kunnen vinden. Blijkbaar ben ik de enige in heel Nederland, want volgens Henny worden er 1500 regels per dag opgestuurd, waartussen zeker bijzondere inzendingen. Zo vond hij er eentje zo geweldig dat hij dacht: “die moet erin”. Die bleek van Jan Rot te zijn. Vindt hij leuk.

Henny heeft een ipad maar hij twittert er niet mee. Ipads zijn blijkbaar heel handig voor muzikanten: je kan er je instrument mee stemmen, uiteenlopende muziekstukken afspelen en zelfs opzoeken: ‘Echt een uitvinding’.

Dan komt het eerste fragment: ‘La guerre du feu’, een film van Jean-Jacques Annaud. De presentator haalt Neanderthalers en Cro-magnons door elkaar. Henny corrigeert hem. Hij zegt dat de film Canadees is, wat mij verbaast want ik heb altijd gedacht dat die Frans was. Dat komt zeker doordat de regisseur een Fransman is. Maar inderdaad, de film is Canadees geproduceerd. Kijk, zo leer je ook wat, bij Zomergasten.

Zo leren wij (wij de niet fans, want de fans weten dat allemaal al lang) ook dat Henny Vrienten een Brabander is, die in Hilvarenbeek de eerste jaren van zijn leven heeft gesleten. Daarna naar Tilburg tot 34ste gewoond, en in 1984 naar Amsterdam verhuisd.

HV: ‘Voor de liefde’

JL: ‘Wilde de liefde niet naar Brabant? Toch gek dat Henny Vrienten waar ieder meisje voor naar Hawaï wil gaan naar Amsterdam moet verhuizen omdat zij niet naar Brabant wilt.’

HV: ‘Zo heb ik het nooit bekeken.’

Op de vraag ‘Hoe was het als Brabander in Amsterdam?’ wordt verder niet ingegaan. Wel over zijn beroep: ‘Ik vind het een redelijk abstract beroep “popster”. Je kunt er geen logische redenatie voor verzinnen. Ik vind het ridicuul ook. Het is niets. Leuk muziek maken met elkaar, platen maken, daar is niets leukers.’ Als kind wou hij missionaris worden. Hij ging er zelfs voor naar het seminarie, wat in het katholieke zuiden geen wereldschokkende stap was. Maar het geloof kwam maar niet: ‘Ik ben niet gelovig. Ik geloof niet in het hiernamaals maar in het hiervoormaals’. De priester wilde hem een banjo aansmeren. Henny hield voet bij stuk: banjo heeft geen sex appeal. Wist ie, als kind al. ‘Gitaar is djannnnnnggg en banjo is plonk.’ Hij kreeg een gitaar van zijn ma en ging op les bij ‘een boer in een rijtjeshuis’ waar hij ‘veel van geleerd heeft’. Hij vertikte het om liedjes na te spelen, ging steeds zoeken naar andere klanken. ‘Ik was toen al aan het componeren, maar dat wist ik niet.’

In de 80-jaren riep hij: ‘Mick Jagger is een geflipte ballerina’ en heeft dat geweten.

Zover gekomen weet je: Jan Leyers is oersaai. Alle mogelijk boeiende hints ploffen neer als zandzakken, en worden terstond begraven. Of misschien is het een omgekeerde chemie: dat het gewoon niet vonkt tussen die twee.

Het volgende fragment is de allereerste film die Henny in Hilvarenbeek op zijn zesde zag:

‘Feuerwerk/ oh mein papa’, een stukje van de koortsige droom van een meisje (een poepiejonge Romy Schneider) in een circus. Maar wat een eerste film om ooit te hebben gezien! Wat moet dat een indruk hebben gemaakt op die zesjarige ziel… Kijk, daarover had Leyers kunnen doorvragen áls hij die avond niet zoveel had gegeten.

Een cowboy jodelt bij het kampvuur en vervolgens zien we in Hey Hey Rock N Roll

de voorbereiding van een tribute voor Chuck Berry, een repetitie met Keith Richard. HV zegt van tevoren dat je niet zo met muzikanten om moet gaan. We zijn inderdaad getuige van een fikse ruzie tussen twee mega-ego’s. Aan het einde begrijp ik dat Henny het gedrag van Chuck afkeurde, die een notoire ruziemaker bleek te zijn geweest. Ik ergerde me juist aan de neerbuigende toon van Keith Richards.

JL: ‘Hoe ben jij als je ruzie maakt?’

HV (voorspelbaar): ‘Ik maak geen ruzie. Ik zeg: “laten we daar later over hebben..” en dan hoop ik dat het later over is.[…] Een klein conflictje kan ik wel aan hoor Jan.’ Maar een klein conflictje ter plaatse uit zijn mouw schudden omwille van het kijkersgenot is Jan te ver gevraagd. Zandzak. Grond. Begraven.

Dan Atlantis, documentaire over Chet Baker “the great white hope of jazz”. Heel kort. Het tweede scherm geeft geen sjoegge. Gelukkig twittert Erik Lieshout, de maker van de documentaire, de link naar de hele film: http://www.outcastpictures.nl/nederlands/film11.html

JL: Chet Baker die uit zijn hotelkamer op de Prins Hendrikkande sprong. Maar nu ben ik zelf tweede scherm aan het spelen.’ Ennnn stop. Maar kom nou op met die smeuïge info!

Chet Baker: ‘Amsterdam is a city as if there is a party going on all year 24 hours a day‘. Nu gaat het gesprek over drugs. Of de Doe Maarders gebruikten. Ja dus,maar wordt niet gezegd wat. Twee vrienden van zijn Tilburgse jeugd zijn gestorven onder invloed omdat ze gekke shit uithaalden en een derde ging in een leeuwenkooi staan. Klinkt als LSD to me. HV rookte aanvankelijk wiet maar stopte ermee toen hij voor anderen ging componeren omdat hij ‘het er niet bij kon hebben’. ‘Je wordt er niet interessanter van.’

Henny ontpopt zich als een verwoede poëzielezer. Heeft ie geleerd op het seminarie. Schreef ook een gedichtenbundel: Zwaan Kleef Aan.

HV: ‘de sensatie van het uitgestelde begrip…’

JL: ‘dat klinkt als een coïtus interrumptus.’

HV: ‘je voelt in je tenen dat het prachtig is maar je weet niet waarom. Je leest het nog een keer en nog een keer en steeds kom je dichter bij de kern. Dat is een van de redenen waarom ik van poëzie houd. […] Poezielezen is een talent, vind ik. Er zijn meer dichters dan poëzielezers.’ Hij schotelt ons drie gedichten voor:

T.S. Elliots ‘Little Gidding’, een gezongen versie van ‘De mus’ van Jan Hanlo (’tjielp tjielp tjielp tjielp…’) en ‘Tyger’ van mysticus, poeet, tekenaar en rare man William Blake (1757-1827)

TYGER

‘Tyger! Tyger! burning bright
In the forests of the night,
What immortal hand or eye
Could frame thy fearful symmetry?

In what distant deeps or skies
Burnt the fire of thine eyes?
On what wings dare he aspire?
What the hand dare sieze the fire?

And what shoulder, & what art.
Could twist the sinews of thy heart?
And when thy heart began to beat,
What dread hand? & what dread feet?

What the hammer? what the chain?
In what furnace was thy brain?
What the anvil? what dread grasp
Dare its deadly terrors clasp?

When the stars threw down their spears,
And watered heaven with their tears,
Did he smile his work to see?
Did he who made the Lamb make thee?

Tyger! Tyger! burning bright
In the forests of the night,
What immortal hand or eye
Dare frame thy fearful symmetry? ‘

Geluiden zijn, het spreekt voor zich, belangrijk voor de muzikant. Bij de openingsscene van ‘Once upon a time in the West’, de spaghetti western van Sergio Leone op muziek van Ennio Moriccone, vraagt hij ons te letten op alle geluiden. ‘De geluiden zijn erg goed gedaan.’Had ik eerder wel opgemerkt, maar nu krijgen ze door die waarschuwing toch een extra dimensie, die geluiden.

Zingende Inuits, zingende pygmeeën…

HV: ‘Ik woon aan een grachtje, boten, vooral in de zomer, of huisvrouwen die denken je blij te maken met de zoveelste versie van [naam van een lied dat ik niet ken, oz] Ik hoor zoveel dat ik niet wil horen. Er is nu een naam voor… Zwerflawaai.’

Na het stukje uit ‘Coco and Igor’ dat de passionele verhouding tussen Igor strawinsky en Coco Chanel illustreert, een affaire die volgens HV enkel gebaseerd is op een gerucht, leren wij dat HV een fan is van Strawinsky. Met name zijn orchestratie luistert hij ‘met tintelende oren’.

HV: ‘In die film uit Strawinsky zijn emotie op de piano en zat zijn vrouw de partituur op te schrijven. Hij maakte zijn muziek met zijn handen, met zijn emoties. Ineens begreep ik het: ja, natuurlijk, zo maakte die man muziek, fysiek.’ Dat is koren op de molen van de ambachtsman die hij meent te zijn. (NB: HV componeert ook voor het kopersensemble van het concertgebouworkest “de beste muzikanten van de wereld”)

JL: ‘je zegt conflictvermijdend te zijn, maar kun je last hebben van een jaloerse bui?’

HV: ‘ik zou het wel voelen maar niet zo uiten. Ik ben niet een jaloers iemand. Ik ben pragmatisch. Als je vrouw het met iemand anders doet, dan houdt ze niet meer van je, simpel. Ik geloof niet dat ik een jaloers iemand ben, maar ik heb ook geen reden om het te zijn.’

De keuzefilm is de eerder genoemde meesterlijke ‘La guerre du feu’. De legendarische zoektocht van een stel homo erecti, met een verbluffende hoofdrol van Ron Perlman, die en passant leert een vrouw plezier te geven bij het neuken. Die sla ik over, want al drie keer gezien. Ik ben benieuwd wat de volgende aflevering van Zomergasten ons brengt. Ik heb deze uitgezeten omdat ik dat voor dit stukkie wel moest. Voor de volgende keer wil ik Jan Leyers adviseren om wat coke of speed te gebruiken. Of misschien voldoet een Red Bull. Als het maar iets oppeppends is. Ik hou Zomergasten anders het hele seizoen niet vol.

Oud Zeikwijf
Beroepsbrokkenpiloot. Vloog nochtans op haar achtste reeds rakelings langs bergkammen om berggeitjes en bergmarmotjes te tellen. Is tot haar eigen verdriet gemodelleerd naar haar vader, een onbehouwen Italiaanse charmeur met een groot hoofd en een passie voor even belachelijke als tijdrovende hobby’s. Komt oorspronkelijk uit Frankrijk. Heeft in Japan gewoond. Woont sinds begin jaren ’80 in een boomhut op het Waterlooplein in ‘Magies Centrum Amsterdam’, van waaruit ze haar schrijfsels via rooksignalen aan de redactie doorseint. Ze schrijft ook voor AT5, Sargasso en voor Kutbinnenlanders. En op haar eigen stukje internet: oudzeikwijf.com.

14 Reacties

  1. HV deed inderdaad zijn best met ideeën en hints, maar er is helaas geen ruimte meer in het strak geregisseerde programma, wat uitermate geschikt is voor juist een afwijking van het programma.
    Elk idee van HV werd inderdaad meteen genegeerd, want ‘we moeten door’.
    Dit reken ik JL niet aan. Die heeft zijn Maidentrip redelijk gemaakt. Ik mag veronderstellen dat de zenuwen hem tot ruim halverwege het programma angstvallig deed vasthouden aan Het Draaiboek. Dat beviel zo goed, dat hij dat de hele uitzending maar volhield. Jammer.
    JL en HV hadden meer in hun mars. HV refereerde regelmatig aan JL zijn muzikale geschiedenis, maar daar werd niets mee gedaan. JL is tenslotte niet de gast of hoofdpersoon. Terwijl dat prachtige gesprekken op had kunnen leveren.

  2. Dat oeverloze, slappe geloel altijd, over de presentatoren van Zomergasten: dóe het maar eensch!
    Van de 13 presentatoren sinds 1988 was wellicht alleen F. de Jonge wat minder, omdat die kerel zichzelf graag in het middelpunt heeft staan, daarmee geen gastheer is, maar eerder een gast.
    De andere 9 gozers en 3 meiden konden mijn goedkeuring wegdragen, Leyers incluis.

      1. JL is een Toffe Gast, met hoofdletters inderdaad, maar hij moet de ruimte nemen om een gesprek te voeren. Niet een TV programma te maken.

      2. Leyers mag van mij *alles* snuiven, injecteren, roken wat hij wil, en vervolgens presenteren:
        Geheel naar het motto van wat Chet Baker zei over Amsterdam.
        (dat laatste ging -helaas- over het ter ziele gegane A’dam van de jaren tachtig.. nu zitten we opgescheept met een ‘Balkenende A’dam’ :-(( )

          1. ‘Now these old fucks can steal all they want
            And they can go and pass laws saying you can’t say what you want
            And you can’t look at this and you can’t look at that
            And you can’t smoke this and you can’t snort that’ >>>
            http://www.youtube.com/watch?v=D7SxQIkH8Mk

  3. Beste auteur, je ergert je AAN iets….en IETS irriteert je…Maar je irriteren aan bestaat niet. Dank overigens voor de uiteenzetting, fijn om te lezen.

  4. M’n nieuwe buurvrouw praat graag tegen mensen aan en heeft het de hele tijd over een zekere ‘Mex’. Eerst dacht ik dat dat ‘Max’ was, op z’n Engels uitgesproken, wat me een beetje merkwaardig voorkwam. Tot ik plotseling inzag dat ze het over haar ‘ex’ had. Mijn ex > m’n ex > me [muh] ex > mex.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *