‘Mooi’, zei m’n vriendin toen ik haar deze wijnfles liet zien, ‘minder is meer’. Maar klopt dat laatste eigenlijk wel? Normaal gesproken vermeldt het etiket de naam van de wijn, het ‘bouwjaar’, het alcoholpercentage en staat er een knullig tekeningetje op van de wijngaard en/of het bijbehorende ‘chateau’, maar daarvan is hier geen sprake. Want het minimalistische etiket mag dan wel een eigentijdse pakpapierkleur hebben [eco!] en aan de bovenkant schuin [speels!] zijn afgesneden, er staat niets op. Om de potentiële wijnkoper toch van de onontbeerlijke informatie te voorzien is met een elastiekje een labeltje aan de hals bevestigd. Daarop is de naam van de wijn dwars over de rest van de tekst heen gedrukt, wat de leesbaarheid niet ten goede komt. De traditionele loden huls die de kurk aan het oog onttrekt is weggelaten. Resumerend: waar we normaal gesproken twée onderdelen aan de buitenkant van de wijnfles aantreffen, te weten het etiket en de huls, zien we er hier dríe: het etiket, het labeltje en het elastiekje. Een toename dus van 50 procent. Hoezo ‘minder is meer’? Deze fles illustreert het dilemma waarmee tegenwoordig alle ontwerpers en vormgevers die origineel willen zich geconfronteerd zien, ongeacht of ze zich met typografie, verpakkingen, meubels, auto’s, mode of architectuur bezighouden: omdat letterlijk álles al een keer gedaan is, moeten ze steeds vreemdere bokkesprongen maken om met iets ‘vernieuwends’ voor de dag te komen, waarbij niet zelden de functionaliteit het kind van de rekening is. Maar is deze fles ‘mooi’? Ja, ik vind van wel.
Design-wine.