Het beloofde heel even een bloedstollend spannende 90 minuten te worden, maar toen Portugal na dat eerste Nederlandse doelpunt kans na kans creëerde waarvan Ronaldo er één benutte, wist ik vrij snel: we kunnen ons boeltje bij mekaar gaan rapen. Voor de vorm veerde ik bij elk Nederlands kansje nog wel even op, maar dat was niet meer dan een oppervlakkige reflex, een vastgeroeste gewoonte. Diep in mij had zich reeds een aangename rust genesteld.
En die aangename rust zorgde ervoor dat ik tijdens de tweede helft op een zeer prettige en waardige manier afscheid kon nemen van dit EK. In plaats van een hevige doodsstrijd, ging Oranje rustig heen en kregen wij een kleine drie kwartier de tijd om aan het idee te wennen. Langzaam kwam ik los van de werkelijkheid, zakte dieper en dieper weg in een gelukzalige roes. Dat spelletje op het veld, die driftig rennende mannetjes, de ernst van alles (ik zag later Mark van Bommel, in gesprek met zijn schoonvader, zijn hand voor de mond houden om te voorkomen dat liplezers zijn woorden zouden ontcijferen), het stelde allemaal niks meer voor, ik zag enkel nog het komische. De morfine deed z’n werk. Wij werden langzaam en geleidelijk, op een zachtaardige en humane manier, verlost van het aardse lijden. Heerlijk.
Op Twitter ondertussen vierde zowel de humor als de frustratie hoogtij. Met name Cristiano Ronaldo kreeg het zwaar te verduren. Niet zozeer omdat hij twee doelpunten had gemaakt (daar viel weinig op af te dingen), maar vooral omdat hij het gewaagd had om tijdens de rust zijn kapsel te veranderen. Nu heb ik me persoonlijk altijd al afgevraagd wat die spelers doen tijdens dat kwartiertje rust. Het welhaast spreekwoordelijke kopje thee (wie is daar ooit mee begonnen? Mart Smeets?), daar heb ik nooit zo in geloofd. Vroeger werd er tijdens de rust gerookt. Dat valt te begrijpen. Wat moet je nu doen? Naar de coach luisteren? Alsof die iets nieuws heeft te vertellen. Dus wat is er in godsnaam mis mee om een beetje met je haar bezig te zijn? Als je dat nu belangrijk vindt. Zoveel moeite kost dat nu ook weer niet. Met een beetje flexibel haar, heb je in een kwartier tijd drie verschillende kapsels.
En ineens kreeg ik bewondering voor Cristiano Ronaldo. Een bewondering die als een verrassing kwam. Want ook ik vond het een aansteller en een poseur en een jankerd. Dat is ie natuurlijk ook gewoon. Maar wat ik nu ineens bewonderde, was juist dat hij dat durfde te zijn. Dat hij zich er niet voor schaamde zich aan te stellen, de poseur uit te hangen en een potje te gaan zitten janken als hij daar zin in had. De hoon van heel die voetbalminnende planeet van ons wordt dagelijks over hem uitgestort. De hele dag door wordt hij door miljoenen mannen bespot en uitgelachen. Voor aanvang van Portugal – Nederland nam zelfs het vrij gerenommeerde NOS Sport de moeite om Cristiano Ronaldo middels twee van het net geplukte filmpjes te kakken te zetten. Het doet Ronaldo niks. Hij gaat gewoon door. Hij blijft het doen zoals hij het wil doen. Wellicht kickt hij op de hoon, vindt hij het lekker om bespuugd te worden, geilt hij op al die negatieve aandacht, gaat hij er alleen maar beter van voetballen, dat zou kunnen, maar toch… Hij doet het mooi wel. Hij weigert zich aan te passen. En geeft al die voetballiefhebbers het plezier om zich ongestraft weer even van hun meest homofobe kant te laten zien. Bij deze, mijn welgemeende waardering.
Oranje zit nu op de bodem van de put. Dieper zinken kan niet. Niemand neemt ons meer serieus. We kijken naar boven en zien, aan het eind van de schacht, een strakblauwe hemel. We worden wereldkampioen.
Dit stuk verscheen eerder op Sargasso.
Ik hoorde slechts één zo’n klotig toetertje. Goddank.