Crooked Rain, Crooked Rain, de tweede helft van mijn jaren ’90 was doordrenkt met Crooked Rain, Crooked Rain, de tweede plaat van Pavement. Nog nooit had genialiteit zo achteloos geklonken. Pavement had nonchalance tot grote kunst verheven. De zorgeloze chaos was precies wat mijn wereldje nodig had na de loodzware jaren van Nirvana en aanverwanten. Ik draai Crooked Rain, Crooked Rain niet vaak meer, maar na de eerste, strompelende tonen van Silence Kid ben ik weer thuis in de gelukkigere dagen van mijn knapenjaren. Vooral als die koebel inzet. En helemaal als de kopstem van Stephen Malkmus met een langgerekt ‘aaaah’ binnen zeilt. Al die rammelende en zoemende gitaartjes, die krakkemikkige drums, maar vooral die heerlijke, nasale, onvaste stem van Stephen Malkmus. Als stemmen mensen waren, dan leunde de stem van Stephen Malkmus tegen een muurtje in een eeuwige namiddagzon. Met de ogen tot spleetjes geknepen keek de stem van Stephen Malkmus tussen de wimpers door naar de meisjes die volmaakt onbereikbaar langs liepen in hun korte rokjes.
Waar hij precies over zong, heb ik nooit begrepen. Ik heb ook nooit moeite gedaan om het te begrijpen. Het ging naar mijn gevoel over hoe je te onttrekken aan de ratrace van het hedendaags bestaan. Niet per se door je kont tegen de krib te keren, maar vooral door je niet te druk te maken over die krib, en ook niet over je kont. Met als meest duidelijke voorbeeld Range Life, waarin The Stone Temple Pilots en The Smashing Pumpkins en passant nog een fijne uitbrander krijgen.
Het aardige is, ik heb ook nooit de geringste behoefte gevoeld om uit te zoeken wie Stephen Malkmus en de zijnen nu precies waren, waar ze vandaan kwamen, wat hen bezig hield. Ze hielden van het betere huisvlijt (plakten en knipten hun hoesjes zelf bij elkaar) en woonden zo ver uit elkaar dat ze maar een paar keer per jaar samen kwamen om liedjes te maken. Ze hadden een tweede drummer, die rare dingen deed. Mijn liefde voor Pavement begon met Unseen Power of the Picket Fence, dat op AIDS-benefiet-cd No Alternative stond. Ik had die cd een maand voordat Crooked Rain, Crooked Rain uitgebracht werd. Ik heb nooit echt goed geluisterd naar hun debuut-cd Slanted and Enchanted. De cd na Crooked Rain, Crooked Rain was Wowee Zowee. Die had ik wel. Leuk plaatje met een paar geniale nummers (met name We Dance en Grave Architecture), maar niet zo goed als Crooked Rain, Crooked Rain. Daarna was er Brighten the Corners. En daarna ben ik mijn interesse een beetje kwijtgeraakt. Pavement ging uit elkaar. Ik weet niet eens of dat officieel was. Stephen Malkmus ging solo verder. Heb ik met een half oor gevolgd. Zo mooi als Crooked Rain, Crooked Rain zou het toch nooit meer worden. Meer heb ik eigenlijk ook niet nodig.
Maar het doet me deugd dat Stephen Malkmus weer terug is, met zo op het eerste, tweede en derde gehoor een plaatje dat het beste van Pavement in herinnering roept. Mirror Traffic (hier te beluisteren op de Luisterpaal). Neem alleen al het eerste nummer (Tiger), een ouderwets gezellig wiebelig liedje met een prachtig, aan MGMT herinnerend refreintje. Miror Trafic is volgestouwd met onweerstaanbare melodietjes, snedige riffjes, grappige zinnetjes, dromerige rustpuntjes en ontspannen herrie. Het mag dan een gigantische kutzomer zijn, Stephen Malkmus brengt het zonnetje wel naar binnen. Is ie niet te beroerd voor. Waarvoor dank.
Vorig jaar hadden ze een (soort van) reunieconcert in Paradiso. Zelf had ik nooit de gelegenheid gehad om ze eerder te zien en vond ik het geweldig, maar zelfs mijn gezelschap dat ze ergens in de nineties gezien had was er bijzonder te spreken over. En inderdaad met 2 drummers.
Slanted and Enchanted kan de vergelijking met Crooked rain Crooked rain trouwens goed doorstaan, het was dan ook niet écht hun debuut (met tig EP’tjes ervoor en zo – dat deden ze toen zo he)
Kan wel zijn, maar het is voor mij te laat. Slanted & Enchanted kan het toch nooit meer inhalen. Tenzij ik ooit nog in een midlife crisis beland en muziek weer van levensbelang wordt, zoals toen ik zestien was.
Ik heb ze nooit gezien. En kwam er vorig jaar te laat achter dat ze een reunieconcert hadden. Het is een soort van geperfectioneerde imperfectie, bedacht ik net.
Ik heb, dankzij wat grasduinen op internet, inmiddels begrepen dat de tweede drummer ten tijde van Slanted & Enchanted (die rare dingen deed zoals spitskool uitdelen aan het publiek) niet dezelfde was als de tweede drummer sinds Crooked Rain, Crooked Rain.
Afgelopen jaar ontdekte ik The Fall, een ongepolijste voorganger van Pavement. Ik zou je daar graag lyrische verhalen over vertellen, maar dat zal dan ook wel te laat zijn.
(Die zijn trouwens nooit uit elkaar gegaan en staan in september in Tilburg)
Ik zou zeggen: stuur die lyrische verhalen op. Plaats ik ze hiero.
Ik had nog nooit van Pavement gehoord, wel heb ik The Fall in mijn tijd erg gewaardeerd. (Dit stukje is het bewijs.) Dus misschien moet ik er eens naar luisteren, naar Pavement. Maar ik ben bang dat het ook voor mij te laat is, het hoort toch bij een periode in je leven.
(Verdomd, toch weer naar The Fall geluisterd op YouTube, wéér tranen op 1:29.)