Wij, ouderen, zijn nooit bedwelmd geworden door de poëzie van Annie M.G. Schmidt. Ik denk tenminste dat haar poëzie pas doorkwam in de jaren zestig, en toen zaten wij al aan Woutertje Pieterse.
Waar wij vól van waren, dat waren De vlegeljaren van Pietje Bell. Wat een prachtig boek, dat zal ook Gerrit Komrij jullie bevestigen. Het is een grote vergissing van de schrijver Chris van Abkoude geweest om Pietje te laten vliegen, en wel naar Amerika. Hij had het beste nog veel problemen kunnen hebben gekregen met tante Cato, met die wrat op haar neus.
Daar stopte ook mijn jeugdlectuur. Ja, ik las nog wel wat boeken van Jules Verne en boeken met Old Shatterhand, waar ik me niets meer van herinner, maar ik las opeens verhalen van Tsjechov, toen ik een jaar of 12 was.
Er was toen, in Limmen (dorp waar ik geboren ben), een bibliotheek die gevestigd was in het katholieke Parochiehuis, vlakbij de kerk. Daar heb ik in de jaren 1965-’66 vele heerlijke uren doorgebracht. Maar ik pakte er toen ongebruikelijke schrijvers uit, zeker niet Annie Schmidt.
En ik ben de enige Française die in haar prilste jeugd gordijnen van Annie MG Schmidt aan haar raampje had hangen. Ik had nooit van Annie MG Schmidt gehoord, niemand om me heen for that matter, dus heb 25 jaar lang gedacht dat Jip en Janneke twee kleine negertjes waren. Ik was verzot op die gordijnen, en op mijn (bleek 25 jaar later) eveneens Nederlandse kleurenboek van Rie Cramer. Mijn latere oversteek naar de Lage Landen was toen al in de sterren geschreven…
En daar zijn de Lage Landen je nog steeds dankbaar voor. Althans de Lage Landen waarin ik leef.
Weet je nog dat Annie Schmidt op de tv eens zei, op de vraag hoe je ontzettend oud kon worden: ‘Dan moet je flink blijven roken, en vreemdgaan!’
“En daar zijn de Lage Landen je nog steeds dankbaar voor. Althans de Lage Landen waarin ik leef.”
Echt? Denk je? DANK Ben! Het is de eerste keer dat ik dat hoor!
Het is zelfs zo erg, Oud Zeikwijf, dat ik een liefdesaffaire aan het bedenken ben tussen die dronkemanskunstenaar (zie nr. 22) en Gemeen Kutwijf.
Ben, zit jij hier Oud Zeikwijf nu via Annie M.G. Schmidt tot een slippertje te verleiden? Pas toch om je hart, jongen.
Ik ben wel van Annie. Met name Pluk van de Petteflet heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten. Maar nog meer dan van Annie was ik van Roald. Dahl, that is.
Hoe kan nu een oud ding zoals ik, een toch nog zeer wel levende vrouw verleiden tot een slippertje? Het zou verre van mij staan.
Ik ben ook van Annie, maar ik ben van Annie in haar latere jaren: haar interviews etc. Ik ben van een te vroege generatie: ik heb Pluk van de Petteflet nooit gelezen op de leeftijd waarop je ervan kunt genieten.
Trouwens, als je van Roald Dahl geniet, lees dan eens een boek van John Collier: een betere Dahl.
De vlegeljaren van Pietje Bell, een meesterwerk inderdaad. Ik heb het wel 10 keer gelezen. JJ Voskuils Bij nader inzien (ook goed) haalt het daar niet bij, dat las ik maar 4 of 5 keer.