Wiel Barstens (bekend van de regels: Klaver Honig, Maggi Straalt) wenst niet meer in dit blad te verschijnen als daar ook een heer S.B. in verschijnt.
‘Ik heb daar jongstleden vrijdagavond een aanvaring mee gehad. Een zo ernstige aanvaring, dat ik mijn medewerking moet opzeggen wanneer er ook maar één verdere klinker van die meneer S.B. in dat blad verschijnt.’
‘Wat was dat dan voor aanvaring, Wiel?’
‘Het kwam neer, niet op een aanval op mij, want ik kan daar wel tegen. Nee, hij probeerde me te betrekken in een aanval op het vrouwelijk geslacht. Daar had ik wel begrip voor, zei hij.’
‘En daar had je geen begrip voor.’
‘Van zulke zaken wens ik verschoond te blijven, ja.’
‘Dus daarom wens je niet langer aan dat blad mee te werken?’
‘Als ze doorgaan met die S.B.’
‘Dat houdt in: zijn stukjes én zijn reacties?’
‘Ja. Als er ook maar één letter blijft verschijnen van die S.B. in dat blad, trek ik me terug en publiceer ik voortaan in dat andere blad. Klaar. Basta.’
‘Je bent nogal radicaal, Wiel.’
‘Radicaal? Het zal wel. Maar sommige dingen moet je niet pikken.’
Daar ging Wiel, de Dirkswoudse dichter, man van stavast. Zijn mening staat vast: kom, tenzij ironisch bedoeld, niet, nooit en never aan de vrouwtjes. Of aan de mannetjes, want dan krijg je het ook aan de stok met Wiel. En zo hoort het!
(‘Ik wil gewoonweg niet meer in eenzelfde kamer met dat heerschap vertoeven, en als ik hem zie, dan sla ik dat heerschap de kamer uit. Zonder pardon.’ Aldus de heer Barstens.)
Als ik me niet vergis – en dat doe ik niet – heb ik hier vandaag een reactie geplaatst, maar die schijnt verwijderd te zijn. Ik zou wel willen weten door wie en waarom..
Dat gebeurt mij ook constant. Af en toe geef ik een gil per mail of twitter en dan haalt Herr Molovitski ze weer uit de prullenbak (waarin ze op magische wijze terechtkomen).
Heerlijk, die dichters, ’t is altijd alles of niets of ik sla d’r op. Die allerindiviueelste expressie van die allerindividueelste emotie – on your face. Maar heren, drink als alternatief een Leffe Blond, en luister, bijvoorbeeld dan, ‘ns naar Blaudzun.
Ja, gelijk heb je, Rigo: Kloos-Van Deyssel. Een ouderwetse ruzie over de grenzen van het fatsoen, die S.B. volgens mij heeft overschreden.
Ik stond vanochtend op en toen stond er een reactie van S.B. op dit stukje. Nog steeds witheet schrapte ik die reactie, want ik dacht: jij komt er nooit meer in, jongen, tenminste niet zolang ik er in zit.
Mijn kwaadheid is weer wat geluwd: ik beschouw het nu als een foutje zijnerzijds, en meer niet. Zulke foutjes zal ikzelf ook wel eens maken, bedoel ik.
Hij zou alleen wel zijn excuses moeten aanbieden aan Vrouwke, dat zou wel een net gebaar zijn.
Verder drink ik nooit bieren, helaas, en in plaats van naar Blaudzun (???) luister ik het liefst naar William Byrd.
Haha, ik zie dit stukje nu pas! Haha, is een ietwat blöde reactie, maar dat geldt ook voor LOL. Aangezien ik de laatste tijd wat moeite heb met de stijlfiguur ‘ironie’ hou ik het hierbij. Zo meteen sla ik nog een flater. Of erger, misschien deed ik dat al.