Johan Minkema is 54 jaar oud en van die 54 jaar heeft hij 40 jaar lang De Dirkswoudenaer bezorgd, zonder een dag te missen, zonder ooit ‘ziek’ te zijn en steeds met een goed humeur, ondanks zijn lichamelijke beperkingen. ‘Een echte Dirkswoudenaar,’ oordeelde op Koninginnedag burgemeester De Nijs. ‘Het heeft de koningin dan ook behaagd jou, Johan, te benoemen tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Johan, kom naar voren.’
Maar Johan bleef zitten.
‘Johan Minkema? Kom naar voren. Of wil je soms niet geridderd worden?’
Johan gaf geen antwoord.
Unbeknownst to de burgemeester (het is heerlijk om na al die jaren eindelijk deze prachtige Engelse uitdrukking te kunnen gebruiken) was doofheid een van de mankementen waarmee Johan door het leven ging. Op zijn achtste jaar was een operatie aan zijn hersenen misgegaan; sindsdien kon hij niet meer horen. ‘Er komen wel geluiden binnen,’ schreef hij eens op een kladje, ‘maar ik kan niet goed onderscheiden van wie of wat. Gelukkig kan ik goed spreken.’
Een dame fluisterde de burgemeester iets in het oor, waarop hij in een soort van gebarentaal Johan probeerde te bereiken. Toen ook dit vertoon van machteloosheid niets uithaalde, liep hij op Johan af, feliciteerde hem en speldde hem een lintje op de linker vestzak.
Daarop begon Johan zijn dankwoord uit te spreken. ‘Ik dank u wel (uiteraard is zijn spreken hier genormaliseerd; het klonk als ‘Iek dáánk oevel’). Het speldje is mooi. Ik spreek nu tot Beatrix. Beatrix! Het is voor het eerst dat een krantenbezorger een lintje krijgt. Dat is fijn, want een krantenbezorger hoort tot de onderste helft van de werkende mens. En u weet niet wat er ’s ochtends vroeg allemaal gebeurt. Hoeveel bonje er kan zijn. Neem de afgelopen week, toen de heer Van Kleunen, bezorger van een beginnend concurrerend blaadje, De Bode van Dirkswoud, mij achterna liep en steeds mijn krant (maai klant) uit de brievenbussen plukte en er zijn Bodetje voor in de plaats deed. Maar weest u gerust, ik heb de man een lel (lul) verkocht en toen was het gesodemieter snel over. Applaus!’