Russen

In een programma van de VPRO komt de bedenker van de quiz Who wants to be a millionaire (Lotto Weekend Miljonairs in het Nederlands) aan het woord. Hij vertelt dat het format aan strakke regels is gebonden en dat, als een producent het programma koopt, hij er een enorme bijbel bij krijgt. Er mag alleen van die bijbel worden afgeweken wanneer het echt niet anders kan. Zo moest in IJsland het decor veranderd worden omdat ze voor de eerste aflevering maar vijf kandidaten hadden. En zo heeft men in Rusland de zogenaamde hulplijn moeten schrappen (deelnemers aan de quiz mogen voor één vraag die ze niet weten een bekende bellen). In Rusland, zo bleek, gaven de vrienden en familieleden die door de deelnemers werden gebeld te vaak het verkeerde antwoord. Niet omdat ze het niet wisten, maar omdat ze degene aan de andere kant van de lijn liever zagen verliezen. Wat een volk.

Molovich
Erkend miskend genie. Motto: succes is voor losers.

3 Reacties

  1. Als er tegenwoordig, wat Rusland en de Bijbel betreft, al een vergelijking getrokken mag worden met de oorlog die Vladimir Poetin tegen Oekraïne voert dan is het wel dat de Russen zich thans net zo roofzuchtig daar gedragen als het bijbelse volk van de Midjamieten!
    Dit heidense volk, dat ironisch gelijk aan de joden, van aartsvader Abraham afstamden, streed al tijden tegen Israël en probeerden hen zelfs to afgoderij te verleiden! Zij zouden, ten tijde van hun aartsvijand Gideon, Israël in een soortgelijke puinhoop veranderen als dat de Russen in Oekraïne doen en Mariupol lijkt tegenwoordig net op Stalingrad!
    Helaas is er geen Oekraïense Gideon beschikbaar om de Russen met een klein minileger, gelijk naar David en Goliath, te verslaan en kan Poetin alleen maar zichzelf vernietigen daar hij zich aan God gelijk waagt!

    1. Musa Cälil (1908-1944), een Wolga-Tartaar die tijdens WO II ooit eens aan de kant van de Russen, de Duitsers en de sovjetpartizanen had gevochten, was er echter veel te laat achtergekomen dat je in tijd van oorlog niet constant van de ene partij naar de andere moet overlopen!
      Deserteurs zijn namelijk niet altijd helden en zijn dubbelhartigheid tijdens de oorlog zou Musa Cälil op 25 augustus 1944 een enkele tocht naar de guillotine opleveren in de Plötzensee-Gevangenis van Berlijn!

  2. Deze vreselijke oorlog die een ramp is voor beide partijen daar in Oekraïne en Rusland (iedereen doet tenslotte wel eens zondige dingen) doet me denken aan een verhaal uit de Bijbel, genaamd Debora & Barak (Rechters 4). En dit verhaal gaat ongeveer zo:

    Debora en Barak

    Na de dood van Ehud deden de Israëlieten weer wat slecht is in de ogen van de HEER waardoor chaos en wanorde heerste in Israel en zij valse afgoden aanbaden.
    Daarom leverde de HEER hen uit aan de wrede koning Jabin van Kanaän, die regeerde in Hasor. De bevelhebber van diens leger heette Sisera; hij had zijn legerkamp in Charoset-Haggojim en hij koesterde een vreselijke haat jegens Israël. Jabin beschikte over negenhonderd ijzeren strijdwagens en met behulp van Sisera heerste hij met harde hand over Israël, wel twintig jaar lang.
    Sisera plunderde Israël in al die jaren totaal leeg, hij liet zijn soldaten daar vernielen, verbranden, verkrachten en moorden onder de Israëlieten en dat konden zij niet langer meer verdragen
    Daarom riepen de Israëlieten de HEER te hulp.

    In die tijd was de profetes Debora degene die Israël als rechter leidde; zij was de vrouw van Lappidot. Ze hield zitting onder de Deborapalm tussen Rama en Betel, in het bergland van Efraïm, en daar kwamen de Israëlieten haar hun rechtsgeschillen voorleggen terwijl zij allang begreep dat je met heidense afgoderij je aartsvijanden niet tot bondgenoten kunt maken, zelfs niet als die hetzelfde ondernemen.
    Debora liet daarop Barak, de zoon van Abinoam, afkomstig uit Kedes in Naftali, bij zich komen en ze zei tegen hem: ‘De HEER, de God van Israël, gebiedt u: “Trek met tienduizend man uit de stammen Naftali en Zebulon op naar de Tabor. Dan zal Ik Jabins bevelhebber Sisera met al zijn strijdwagens en soldaten laten optrekken tot in het dal van de Kison en hem hierna aan u uitleveren.”’ Hoewel Barak een dapper man was bleek zijn geloof minder sterk te wezen dan dat van Debora en hij wilde tenslotte dat zij hem zou gaan vergezellen bij de strijd.
    ‘Als u met mij meegaat, zal ik gaan,’ antwoordde Barak, ‘maar als u niet meegaat dan ga ik niet.’ ‘Goed dan,’ zei Debora, ‘ik zal met u meegaan. Maar let wel, maar omdat u meer op een vrouw dan op God vertrouwd zult u niet alle eer gaan behalen aan deze veldtocht, u zult het leger van Sisera wel verslaan maar hem alleen niet doden want de HEER zal Sisera namelijk uitleveren aan een vrouw.’
    Zo besloot Debora met Barak mee te gaan naar Kedes. Barak riep de mannen van Zebulon en Naftali onder de wapenen in Kedes en hij trok op aan het hoofd van ongeveer tienduizend man tegen sisera op. Debora ging met hem mee.
    In de buurt van Kedes had een zekere Cheber zijn tenten opgeslagen bij de eik in Saänannim. Deze Cheber was een Keniet die zich had afgescheiden van zijn stamgenoten, nakomelingen van Mozes’ schoonvader Chobab.
    Sisera kreeg bericht dat Barak de Tabor op gegaan was. Daarom riep hij al zijn soldaten onder de wapenen en trok met al zijn negenhonderd ijzeren strijdwagens en zijn hele leger vanuit Charoset-Haggojim op naar het dal van de Kison in de mening dat hij dit slechtgewapend leger van Barak wel kon verslaan.
    Debora spoorde Barak aan: ‘Vooruit! Vandaag levert de HEER Sisera aan u uit. Hij zal voor u uit gaan.’ Toen kwam Barak de Tabor af met tienduizend man achter zich aan. Op het moment dat de manschappen van Sisera Barak zagen verschijnen, zaaide de HEER paniek onder hen en ontstond er grote verwarring, vooral toen een nabijgelegen beek overstroomde bij het leger van Sisera.
    Sisera zag dat hij ging verliezen en. hij sprong toen van zijn strijdwagen en hij maakte zich uit de voeten. Barak achtervolgde de strijdwagens en de soldaten tot in Charoset-Haggojim. Alle soldaten van Sisera sneuvelden en niet een van hen bleef er in leven. Daarna ging Barak onmiddellijk achter Sisera aan.
    Sisera vluchtte daarop te voet naar de tent van Jaël, de vrouw van de Keniet Cheber, want hij wist dat de familie van Cheber op goede voet stond met koning Jabin van Hasor. Hij zou daar gastvrijheid en veiligheid aan haar gaan opdringen terwijl een vreemde man nooit zomaar in een tent van een vrouw mocht binnengaan!
    Jaël kwam hem tegemoet en zei: ‘Kom binnen, heer, kom binnen. Wees niet bang.’ Hij ging bij haar de tent binnen en zij verborg hem onder een deken. ‘Geef me wat water te drinken,’ vroeg hij, ‘ik heb zo’n dorst.’
    Jaël deed echter of zij gastvrij was tegen Sisera maar diep van binnen haatte ze hem om zijn wreedheid maar zij kon hem echter als vrouw niet weerstaan. Ze opende toen een melkzak, gaf hem te drinken en dekte hem weer toe. Toen zei hij: ‘Ga in de tentopening staan. Als er dan iemand komt vragen of er een man bij u is, moet u zeggen: “Nee, er is hier niemand.”’
    Toen meende Sisera dat hij zijn vijanden te slim was afgeweest maar hij besefte echter niet dat hij hiermee het hol van de leeuw, of beter gezegd van een wilde klipgeit, was ingegaan omdat dit de betekenis was van de naam
    Jaël! Zij kon namelijk niet toestaan dat Sisera ongestraft kon blijven voor zijn vreselijke misdaden, hij meer potentiële slachtoffers zou kunnen maken en hij haar had gedwongen om hem onderdak te verlenen!
    Jaël haalde toen een lange en scherpe tentpin en een hamer tevoorschijn en ze sloop de tent binnen. Ze bukte hierna bij Sisera en ze sloeg, terwijl hij daar uitgeput in slaap lag, de tentpin dwars door zijn hoofd de grond in, zodat hij onmiddellijk stierf.
    Op dat moment kwam Barak eraan, op jacht naar Sisera, en hij belandde aan bij de tent van Jaël die hem daar opwachtte. Jaël ging hem tegemoet en zij zei: ‘Kom binnen , ik zal u de man laten zien die u zoekt maar hij zal u nooit meer hinderen.’ Barak ging met haar naar binnen – en daar lag Sisera, dood, met de tentpin door zijn hoofd.
    Hij besefte dat de voorspelling van Debora was uitgekomen en Barak was, gelijk naar het volk van Israël, haar dankbaar dat zij hem van een gruwelijke tiran had verlost.
    Zo bracht God uiteindelijk koning Jabin van Kanaän in zijn strijd met de Israëlieten een zware nederlaag toe daar hij Sisera en een groot deel van zijn leger had verloren. Daarna wist Israël koning Jabin steeds verder terug te dringen, totdat ze hem definitief hadden vernietigd.

    Stel dat Vladimir Poetin hetzelfde zou overkomen met het Russische leger en hij moest vluchten om hierna door een vrouw te worden omgebracht! Dat zou voor hem een veel te zware vernedering zijn geweest!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *