De aandacht van onze redactie werd door Mijnheer Oxysept geleid naar een artikel, waar uitgevers vertellen over hoe je ze het beste niet moet benaderen.
Dat deed uw verslaggever natuurlijk denken: hebben wij niet een heuze uitgever in onze kennissenkring zitten? Jazeker! De heer Dause von Kippfest (geen familie), eigenaar van uitgeverij BLBLBLEDEL, tevens gewezen hoofdredacteur van de Donald Duck!
Wij besluiten hem op te zoeken in zijn kantoor, wat nu op een afstand van minimaal 500 meter van de redactie van de Donald Duck geparkeerd staat.
Dus U werkt niet meer voor het Vrolijke Weekblad?
Dause von Kippfest beweegt door de bestelbus, het schudden tot een minimum beperkend om niet de her en der geplaatste grote stapels papier om te laten vallen.
“Nee. Niet… Meer. Ik, ehh…”
Hij zoekt in beide zakken van zijn badjas. Uit de ene haalt hij een dikke stapel kortingsbonnen die je krijgt bij het gebruiken van een wc in een tankstation. Uit de andere zak komt nog een stapel kortingsbonnen, alleen zitten deze aan elkaar geplakt met gesmolten Werther’s Echte snoepjes en enkele post-its.
Op één van de post-its vind hij wat hij zocht, en leest voor: “Ik… ehh… Zal in geen enkele hoedanigheid uitspraken doen van en of over enige betrokkenheid bij de Donald Duck, het Donald Duck weekblad, of enigerlei producten van Walt Disney, Incorporated.”
Alle tijd voor boeken uitgeven dus.
“Precies! Reuze leuk! Nederland zit propvol hartstikke leuk schrijftalent!”
Wij wijzen hem op het artikel uit de Vice, en vragen of dit hem bekend voor komt, en of hij nog leuke anekdotes heeft.
“… Nee. Dit… Eh nee, hier kan ik mij niet echt in herkennen. Ik krijg alleen hartstikke goede boeken. Tientallen per dag. Ik kan niet eens kiezen.”
Hij leidt ons verder de bus in, en laat ons zitten op een hoekje van het met manuscripten bedekte matras. Veel van de manuscripten lijken waterschade te hebben; sommige zijn vergeeld of bedekt met schimmels.
“We hebben nu een ietwat kleine hoeveelheid schrijvers aan ons gebonden. Omdat het momenteel aan een ehh, slagvaardig investeringskapitaal ontbreekt. Maar we hebben er eentje!” roept Kippfest enthousiast, onze aandacht met zijn blik brengend op een in duistere gewaden gehuld schepsel, gehurkt in een hoek van de bestelbus.
“Dit is onze ster-auteur, Meneer Marhime Man,” wijst Kippfest hem aan, “Ik assisteer hem momenteel met zijn schrijf-proces. Marhime heeft namelijk gezworen dat hij geen letter meer op papier zet tot hij Borderlands op “Ultimate Vault Hunter Mode” uit heeft gespeeld. Dus help ik hem daarmee, in co-op.”
Marhime staart naar het kleine televisiescherm in de hoek van de bus, met een controller in zijn hand. Wat hij ook aan het besturen is op het in tweeen gesplitste, met ontploffingen gevulde scherm- het is dood aan het gaan. Een reutelende zucht komt uit Marhime gekropen, die lijkt alsof een eeuwenoude stoommachine rotte lucht door een massief verstopt doucheputje pompt. Ergens in die zucht zit het woord “Hee.”
“Hij is natuurlijk geniaal,” gaat Kippfest verder, ietwat afgeleid door de vibrerende xbox controller die ongebruikt naast Marhime ligt, “… Hij schrijft het soort gewelddadige porno wat maar niet te vinden is in de boekwinkels vandaag de dag. En moeilijk is er in te krijgen. Na dat hele fifty shades gebeuren dachten we, nou, duidelijk, de wereld wil ziek smerige martelporno hebben! Dus wij pennen! Als mallen!! …Maar toen kwam dat hashtag metoo-gedoe. Allemaal tegenstrijdige signalen, snapt u wel? Lastig. Ik zou wel willen uitroepen: wat willen jullie nou? Willen jullie nou seksueel dood gemarteld worden of niet? Metaforisch? Ironisch?”
Een nieuwe zucht komt uit Marhime, of misschien was het nog een voortzetting van zijn oorspronkelijke zucht.
“… Maar we geven de moed niet op! We zijn ontzettend veel talent op het spoor! Hier, neem deze: Bram Toepoes. Dat gaat een grote worden in de verhalende non-fictie. “Mijn Ervaringen als Dashcamschauffeur”. Hop, gelijk catchy titel. Goede schrijvers maken het ons zo makkelijk! Daar hoef je niets voor te doen! Paar gaatjes in, hop in de multomap en klaar! Af is een boek! Vraag jij die man om nog wat kopieen van zijn manuscript,” richtte Kippfest zich tot Marhime, “En een paar multomappen. Als hij die heeft.”
Marhime zuchtte. Nog steeds.
“Hier, moet je horen: “Bram Toepoes zat naast Truud, moet je kijken, zegt Bram, wijzend, pakt de camera truud, dat gaat fout, dat gaat niet goed. Truud pakte de camera maar het is al te laat. Die mongool voegt gewoon zonder kijken in. Maar ik ga dus echt niet opzij. Bram toetert en toetert, maar die mongool, die klaplul, die KANKERASOCIAAL, DIE KIJKT GEWOON NIET-”
“Wauw,” zegt Kippfest, “Wauw. Die emotie. Ik bedoel, kijk naar mijn knie.”
Hij loopt een stukje met een trekkend been.
“Die is kapot. Weet je waarom? Omdat ik urenlang op de wc zit, ellebogen op me knieen gedrukt, dashcam filmpjes kijkend op youtube. En nu kan ik het lezen! In een boek! Het beste van twee werelden! Mijn rug vergroeit ervan!”
Gaat het goed? Ademt hij wel?
“Wat?” Kippfest kijkt om naar Marhime, die nog altijd ononderbroken zijn zucht aan het uitkreunen was.
“Wat? Hij? Ja. Lastig stuk in het spelletje. Maar we hebben meer!”
Hij pakt een foto-album van een stapel, en trekt de krakende bladzijden uit elkaar.
“Cross-over. Dit schrijversduo dacht: wat vinden mensen nou mooier dan een diashow van familieleden die op een ontroerend mooie reis zijn gegaan? Maar wat als we nou naast de foto’s literaire seksverhalen zetten? Ik bedoel erotisch? Fictie?”
Kippfest schraapt zijn keel, peutert een bijzonder vastgeplakte pagina los, en begint voor te lezen:
“… En toen gingen Tante Bep en ik naar de beekse bergen, zo’n ervaring, “Kijk Tante Bep, daar zie je de olifanten staan in de goudgerandde zonsondergang neerdalend op de van woelige schaduwen dansende steppe” en ze zei ja en peep me keihard.”
Kippfest zuchtte. Marhime ook.
“Dat raakt mij nou. Die oorspronkelijke, unieke stem. Ik zou hier wel,” hij werpt zijn handen op, “Ik weet niet, wel tien multomappen voor bestellen. Om het te verkopen. Ik heb nu twaalf multomappen in totaal. Om maar een voorbeeld te geven.”
Hij pakt één van de multomappen, waar met grote letters “Donald Duck Verzamelmap” op staat, beweegt het foto-album ernaartoe en bedenkt dan dat het al in een album zit. Tja. Wel. Af.
“Maar ja. Vreemd dat die andere uitgeverijen zoveel rotzooi krijgen, dan. Misschien omdat wij zo’n goeie zijn? Dat mensen weten dat ze ons geen troep hoeven te sturen, omdat het toch geen kans heeft?”
Hij opent zijn badjas zodat hij peinzend aan zijn balzak kan krabben, en de handel aldaar wat efficienter kan arrangeren in zijn ook al vergeelde en beschimmelde onderbroek.
“Als je ziet wat die anderen allemaal uitgeven… Ja, dan snap ik het wel ja. Zielloze kopieen van brakke thrillers. Moeilijk gelul van moeilijke wijven van 20 die worstelen met de metaforische reis van het bestaan. Dat is eigenlijk een slechte versie van een vakantie diashow. Bij een diashow krijg je nog plaatjes. Zie je?”
Hij wil het foto-album nog eens voor ons openen, maar het zit te dicht geplakt. Zelfs als hij peutert met zijn opvallend lange nagels krijgt hij het niet los. Nou ja.
Dit is echt niet normaal.
Kippfest lijkt ietwat verward, tot hij ook weer het onafgebroken gezucht van Marhime hoort. Het was langzaam luider geworden, beetje bij beetje, tot het een oorverdovend gebrom was die het hele busje deed trillen.
“Ja! Wat wil je? Hij is een gekweld artiest! Weet je wel hoe moeilijk het is om Borderlands op Ultimate Vault Hunter Mode uit te spelen? We hebben het nog niet eens op normal uitgespeeld! En er is maar zoveel tijd,” verzuchtte hij, zijn vingers teder halend over een stapel manuscripten. Stoppend bij een half eruitstekend document, wat vol lijkt te zitten met perspectief mankerende tekeningen van een ogenschijnlijk zwangere Ruud Lubbers en enkele van de zeven -blijkbaar- grootgeschapen dwergen.
“Sorry, ik moet gaan. Ik moet naar het tankstation. Success met uw artikel! Tot de volgende keer!”
Marhime zuchtte. Zijn karakter was alweer doodgegaan. Elke keer hetzelfde. Opnieuw en opnieuw.
Toe tot dit: sommige andere uitgeverijen krijgen ook wel eens een goed boek. Of dit boek goed zal zijn weet ik niet, maar hij heeft al een ander boek geschreven en dat boek is heel goed. Dus koop het nou maar gewoon. Sukkel.
hier had ik het zondag met jou over: https://www.volkskrant.nl/opinie/recensenten-bespreek-geen-publishing-on-demand-boeken~a4592031/ en de reacties hierop: https://www.volkskrant.nl/opinie/lezersbrieven-over-publishing-on-demand-boeken-uitgever-is-zo-goed-als-zijn-slechtste-redacteur~a4592410/
Ik kan het ergens wel begrijpen (vul hier een smiley in die zo wanhopig omhoog kijkt) maar aan de andere kant vind ik bijna geen enkel boek te pruimen (smiley met alleen maar streepjes en daarnaast een emoticon van een pistool tegen de smiley zijn hoofd)