Hiemstra

Het regende pijpenstelen. Terwijl mijn vrouw haar oorbellen in deed klaagde ze over de natste winter in jaren. Ik lag nog in bed. ‘Kut global warming’, zei ze. Onze kat die tot dan toe tevreden spinnend aan het voeteneind had gelegen, schoot omhoog als door een adder gebeten. ‘En Rusland dan?’, zei ze. ‘What about […]

Continue reading →

Opstand der dingen

In Amsterdam viel een Dixi-toilet argeloze voorbijgangers aan. Ik zag ‘m over de stoep stuiven. Daarna de weg op, met ware doodsverachting. Geen zin meer in gezeik. Vrachtwagens kantelden. Daken bevrijdden zich van hun huizen. Mijn dochter had een schooltas door de lucht zien vliegen. Ik zag jassen zich proberen los te worstelen. Sleurden hun dragers […]

Continue reading →

Wassende maan

Bij de supermarkt krijgen de leerlingen van de middelbare school een grijs mandje. De gewone mensen krijgen een rood mandje. Rode mandjes zijn er in overvloed. Grijze mandjes niet. De scholieren moeten in een rij wachten tot er grijze mandjes vrijkomen. De gewone mensen kunnen de rij negeren. Het is net een technoclub in Berlijn.

Continue reading →

Gram

Er zijn, voor zover ik weet, twee soorten mensen. Ik heb niet veel verstand van mensen. De eerste soort is de buitengewone mens. De tweede wordt ongeveer anderhalf keer zo klein. Toen mijn vrouw over kinderen begon, had ik dat gelijk moeten afkappen. Kinderen zijn nergens goed voor. Ze hebben wel de onsmakelijke gewoonten van […]

Continue reading →

Aangegeven kooktijd

Het is na twaalven. De storm is al even geleden gaan liggen, mijn vrouw is gestrand in Amsterdam, een mooi moment om het even met u te hebben over een klein euvel waar ik al lange tijd mee zit: de moeite die ik moet doen om op een pasta-verpakking de ‘aangegeven kooktijd’ te vinden. Ik […]

Continue reading →

Vliegtuigstand

Het was beschikt, voordat ik had ontbeten. Sneeuwwitte tekens in de lucht omschreven de weg terug. Slaapresten weggewreven, fietsend huiswaarts, was ik haar naam vergeten, of zij de mijne. Het was om het even; men moest gedurig zijn profiel updaten. Maar fietsverkeer werd in een fuik gedreven. Wegwerkzaamheden, lieten mij borden weten, die mij op […]

Continue reading →

Andere tijden

Soms, als de geur van gebakken uilenreuzel mijn neus binnenzeilt, zie ik het allemaal weer voor me. Hoe wij met het hele gezin rond de opgezette pinguïn zaten. Pa een kruikje Zeeuws bitter binnen handbereik. Ma die bandenwarmers voor de koets van de huisbaas breit. Mijn broertje gooit een boek van Hubert Lampo op het […]

Continue reading →

Boef

‘Zijn stijve snaren verlangden bespeeld te worden’, lees ik op het bordje van De vrolijke vioolspeler uit 1623 van Gerard van Honthorst. Op het schilderij zien we een vrolijke baardaap met in zijn ene hand een leeg glas en in zijn andere hand de viool. De 17de-eeuwer wist genoeg. Naast de vrolijke vioolspeler hangt De […]

Continue reading →

De hele Smeets

Daar liep Mart Smeets. Over de markt van Haarlem. Hij had een grote bos bloemen in zijn hand en zag er stralend uit. Lachte breeduit, groette iedereen met een joviaal handgebaar. Zijn spierwitte haren gingen over in zijn spierwitte das. Hij gaf een marktvrouw twee zoenen. In de trein naar Haarlem dacht ik nog: misschien […]

Continue reading →

IJdelheid en het najagen van wind

Boven, in het rokershok van café Papeneiland, zaten een wat oudere man en een vrouw tegenover elkaar. De vrouw deed me denken aan Elsbeth Etty, maar was het volgens mij niet. Hij dronk een borreltje, zij witte wijn. Aan haar lijzige dictie te horen, was dit niet het eerste wijntje dat zij deze dag had gedronken. […]

Continue reading →

Maateenheid

In de ochtend van de tweede januari 2018 kreeg ik het bericht dat er een maateenheid naar mij was vernoemd. Ik kwam erachter toen BBC News mij opbelde om te vragen wat ik ervan vond. Ik zeg, wat ik waarvan vind? Nou, dat er een maateenheid naar mij was vernoemd. Ik zeg ik weet van […]

Continue reading →

Een gezegend begin

Na drie weken had ik eindelijk de Rubiks kubus opgelost. Ik ging speciaal naar boven om het mevrouw Molovich te vertellen. Ze had het al begrepen. In mijn vreugdekreet had ik de woorden ‘Rubiks kubus’ laten vallen. Ze vond het wel sexy, dat het me gelukt was. Dit bevreemdde haar enigszins. Ik vertelde dat ik hetzelfde had […]

Continue reading →