WC’s

Ooit ben ik verzeild geraakt in wat ik durf te noemen, al was het in 1984, het laatste jaren 60-seksfeest. De man die later één van mijn grote liefdes zou worden en vader van mijn oudste maar toen nog enkel een vriend was, trouwde die dag met een ‘knoert van een pot’ – zijn eigen woorden. ’s Avonds was het feest op zijn boot de Witte Raaf. Een groot feest. Het feest van het jaar, mag ik wel zeggen. Kees was alom bekend en bemind, als grappige oprichter van de Lowlands Weed Compagnie, degene die het gedoogbeleid zoals wij daar dagelijks de vruchten van plukken, tot stand heeft geforceerd. Haakje openen: Dat had hij gedaan door vanaf 1969 cannabisplantjes te laten groeien op het dak van de Witte Raaf, pal tegenover het politiebureau. Waardoor rechtszaak, medische deskundigen die getuigden dat cannabis niet al te veel kwaad kon – in ieder geval vele malen minder dan de toen legaal en algemeen gebruikte alcohol en tabak -, seponering, en dientengevolge gedoogbeleid. Haakje sluiten. De hele Amsterdamsche culturele onderbuik was aanwezig. Ik ook, binnen gedragen in een reusachtige slagroomtaart. Eenmaal op de voorplecht (het gevaarte kwam niet door de deur), sprong ik eruit in mijn niemendalletje van lichtroze tule, onder luid gelach van de aanwezigen. Ergens moet ik hier een foto van hebben.

Dit terzijde.

Toen het feest taande werd de bruid op pad gestuurd met twee geeltjes voor de taxi. Er zou een geweldig feest gaande zijn ergens op het platteland. Ons troepje behelsde verder mijn Parijse nicht alsmede de oogverblindende C., een betoverende verschijning van de bovenste plank en het vrouwelijk geslacht. We liepen door een uitgestorven Wittenburgergracht op zoek naar een taxi. Voor de jeugdigen onder ons: mobieltjes bestonden nog lang niet, en er was geen telefoontoestel aan boord van de Witte Raaf (en trouwens ook geen gas en geen warm water). Pas op het Kattenburgerplein vonden wij er eentje. Die er niet over piekerde om naar Edam te rijden. C. werd naar voren geschoven. Ze boog zich voorover en sprak de onappetijtelijke, uitgebluste chauffeur, waarschijnlijk regelrecht afkomstig uit de krochten van de Balkan, toe door zijn omlaag gedraaide raam. Ze had van nature een lage, zwoele stem. Verder was ze lang en welgevormd. Heur haar, golvend en glanzend, hing tot haar billen – zei ik goudblond? Het moeten de paddestoelen zijn geweest die ik eerder had ingenomen, maar ik zag dat ze fonkelde. Het was een fee, een waarachtige fee en ik getuigde met eigen ogen hoe de pad-achtige trol ingezogen werd in haar magische fluidum. Eerst keek hij nors op. Toen het onwaarschijnlijkheidsgehalte van het beeld zijn hersenen bereikte plonken in zijn verbaasde ogen 2 van de miljoen sterretjes waar ze mee omgeven was, en gaandeweg smolt hij tot een hoopje willoosheid. Edam werd het, zonder morren. Ze gaf hem de 2 geeltjes en we vertrokken.

Edam was natuurlijk een brug te ver voor een doorsnee buitenlandse taxichauffeur uit hartje Mokum. Hij kon het adres niet vinden. Voor de jeugdigen onder ons: smartfoons bestonden nog langer niet, gps was alleen voor de Marine en de Luchtmacht. Als het juli was geweest had het ochtendgloren aan de horizon geschenen toen we uiteindelijk aankwamen, doch we spreken november. Het bleek een seksfeest te zijn. In een eeuw oude boerderij, de mooiste plek die ik ooit zag. Achter de voordeursluis strekte zich een tig meters lange lage tafel bedekt met de beste spijzen. De bruid en mijn Parijse nicht klommen op een stel ladders tot ze een platformpje bereikten dat hoog onder het dak zweefde om daar elkaar orgasmes te bezorgen. Ik nam plaats op een van de koeienhuiden die op de betonnen vloer van de voormalige stal lagen en wist niet waar te beginnen. Hele brieën, bergen halva, schalen overhangend fruit en peperdure noten. Allerlei dat ik, zwervertje dat ik toen was, al tijden ontbeerde en nog tijden ontberen zou, en alles bijna onaangeroerd. Men was gekomen om te seksen en niet om te eten, zoveel was duidelijk. Ik andersom, dus dat kwam verdomd goed uit.

Mijn periferische zicht stuurde vage signalen door van lichamen op, in, onder, voor, achter en naast elkaar. Het waren de jaren 80, hè. Van piemels, kutten en zelfs ballen keek je al 20 jaar niet meer op. Mijn bloedeigen ouders liepen constant naakt door het huis, en we baadden gezamenlijk in een enorm, in de grond gehouwen bad, om maar wat te noemen. Pornolectuur was alom aanwezige burgerlijke kost, die zelfs kinderen (ik incluis) tot hun beschikking hadden. Het slingerde gewoon rond, niemand vond dat een probleem. De seksuele bevrijding van de jaren 60 was diep in het maatschappelijk verkeer gedrongen, klakkeloos geassimileerd door het volk. Want leuk! En lekker! Maar wij, de Generatie X, (die beter de Generatie Niks kan heten, want, o boy, wat stonden we in de schaduw van de babyboom, waar we nu in die van de Millennials staan) waren 20 in de jaren 80, en al begonnen met die seksuele vrijheid wat te matigen: aan seksfeesten deden wij dus niet. Dat was iets van de generatie vóór ons.

Na het schransen klom ik op een ladder en vond een matras om op te slapen. Naast me was een paar nog steeds aan het neuken. Ik viel als een blok in slaap.

De volgende ochtend vond ik een kan koffie en moest ik daarna poepen. De WC stond pontificaal in het midden van de ruimte zonder muren eromheen. Ik liep er naar toe, ging zitten en bakte een lekkere drol. Voor mij was dit geen punt: op 2 plekken waar ik vaak te vinden was (1- bovengenoemde boot waar de pot een trechter van duimdik ijzer in de hal was, en 2- het huis van Yussef Yildirim de Vries waar mijn eerste echtgenoot slash toekomstige TBS’er woonde) waren er steevast geen deuren in de WC’s. Aan zoiets wen je blijkbaar. Na afloop veegde ik mijn reet af en stelde vast: ik was de enige die dat deed. Iedereen had zijn koffie gehad dus moest wel aandrang hebben, maar niemand durfde in het openbaar te poepen. De man die ik ’s nachts nog uitgebreid de open gespreide genitaliën van een vrouw had zien likken had een paar velletjes pleepapier gepakt en was naar buiten gerend. Ik zag hem schichtig de bosschages in kruipen.

Seks kon (móest) getoond worden, maar poepen niet. Zo subtiel ligt het soms, met revoluties.

Oud Zeikwijf
Beroepsbrokkenpiloot. Vloog nochtans op haar achtste reeds rakelings langs bergkammen om berggeitjes en bergmarmotjes te tellen. Is tot haar eigen verdriet gemodelleerd naar haar vader, een onbehouwen Italiaanse charmeur met een groot hoofd en een passie voor even belachelijke als tijdrovende hobby’s. Komt oorspronkelijk uit Frankrijk. Heeft in Japan gewoond. Woont sinds begin jaren ’80 in een boomhut op het Waterlooplein in ‘Magies Centrum Amsterdam’, van waaruit ze haar schrijfsels via rooksignalen aan de redactie doorseint. Ze schrijft ook voor AT5, Sargasso en voor Kutbinnenlanders. En op haar eigen stukje internet: oudzeikwijf.com.

5 Reacties

  1. Ik vind deze bijdrage niet geheel naadloos bij uw bloggersnaam aansluiten, mevrouw Zeikwijf. Anderzijds zie ik het als een bijzonder functionele ondersteuning van mijn pogingen gewichtsverlies te bewerkstelligen. Ik kreeg na het lezen ervan simpelweg geen hap meer door mijn strot. Waarvoor mijn hartelijke dank! Ik doel hier overigens niet op uw door mij gevisualiseerde ontklede verschijning tijdens de vleselijke evenementen in kwestie, doch op de, in elk geval op mij, a-appetijtelijke bijwerkingen van het verschijnsel poep. Schijt. Stront. Merde, zoals u het in uw jeugdjaren zult hebben genoemd.

    Er bestaat in de porno een hybride genre waarin conventionele seks en stront (zowel de high-solid, pasteuze als deels vloeibare variant) samenkomen. ‘‘Riool de Janeiro’’, ‘‘Magic Merde’’ en ‘‘Bridget Jones’s Diarree’’ schijnen dé iconische meesterwerken voor de hardcore-poepseksers te zijn. Ik heb me er nooit in willen verdiepen. Kijken naar zoiets zou ik eerder onder de verregaande strafmaatregelen rubriceren. (‘Wel, edelachtbare, als u mij de keus laat, doet u mij dan maar veertig uur schoffelen. Wat zegt u? Moet ik zulks tóch aanschouwen? Shít…’) Ik heb zo mijn vermoedens, maar durf niet concreet beweren dat topmerken als Popla, Page en Jumbo 4-laags langs sponsorende weg hun naamsbekendheid middels dit type visueel en auditief vermaak hebben uitgebouwd. Welk een geluk overigens, vind ik, anderen beleven dat wellicht anders, dat technologisch geurtransport nimmer verder kwam dan een weinig, eh…, ‘bevredigende’ prototypische fase.

    Enfin (over ‘verdiepen’ gesproken), mag ik, aangezien ik nog minimaal dertig kilo kwijt wil deze zomer, u verzoeken niet te lang te wachten met ‘‘WC’s II’’?

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *