Een glimlach om het wetsvoorstel van staatssecretaris Klijnsma om burgers te korten op hun uitkering als ze de Nederlandse taal onvoldoende beheersen. Een glimlach omdat ik moest denken aan de (omgerekend) EUR 1500 die inburgeraars in Zweden tegemoet kunnen zien als ze hun inburgeringscursus met succes afronden. Maar ook stilletjes lachen omdat de taal goed beheersen, niet betekent dat je daadwerkelijk ingeburgerd bent.
Ik dacht aan Thamer, mijn Iraakse klasgenoot in Zweden en hoe de juf en ik met vereende krachten probeerde uit te leggen dat hij een “opiniestuk” moest schrijven. Het begrip ‘eigen mening’ veranderde zijn gezicht in een groot vraagteken. Uiteindelijk schreef hij in foutloos Zweeds over de “verdeling van huishoudelijke taken”: ik vind dat de vrouw thuis voor de kinderen moet blijven want daar is zij voor gemaakt. Daar kun je besmuikt om lachen, maar dat kun je ook niet doen.
Helemaal in mijn geval! Ik sprak dan wel een aardig woordje Japans, het was niet mijn westerse uiterlijk dat ik niet één van hen werd. In plaats van zachtjes te lachen achter mijn hand zoals Japanse vrouwen doen (probeert u het maar eens voor een ultieme Geisha-look) lach ik vooral hard en gebruik ik mijn handen alleen om mijn buik vast te houden. Hier in Zweden babbel ik er graag lustig op los wat vrij exotisch aandoet bij de gesloten Zweden. Je blijft toch een vreemde in den vreemde. Maar als ik eraan denk dat ik mij in Nederland ook weleens een vreemde voelde, lach ik. En zoals u nu weet, doe ik dat dus hard
Bij het zien van een spotprent uit Zweden, met alle enorme problemen omtrent de islam, moest ik OPEENS denken aan een strip uit de Donald Duck waarin deze door de politie werd gewaarschuwd voor een beruchte inbreker.
Donald probeerde toen zijn huis te beschermen tegen die kerel waarop zijn neefjes onverwachts terugkwamen van een schoolkamp en zij toen een aantal wilde bosdieren meenamen. Dit waren om te weten; een uil, een specht, een opossum, een stinkdier, een geit en een eekhoorn.
Deze dieren begonnen toen het hele huis daar bij Donald op stelten te zetten, overigens tot grote ergernis van Kwik, Kwek en Kwak, al bleven ze partij voor de dieren kiezen. Donald werd er horendol van zodat in de avond de inbreker daar alsnog binnendrong en Donald opsloot waarna deze kerel zelf opeens door de opgenoemde dieren werd belaagd en hij uiteindelijk door de politie werd gearresteerd.
Donald was de dieren echter zo dankbaar voor het aanhouden van de inbreker dat hij hen in de ochtend allemaal van pap ging voorzag bij het ontbijt en de neefjes meteen het huis uitdreef omdat er niet genoeg ruimte daar aanwezig was! Hierna sloeg de aanvankelijke blijdschap van de neefjes omtrent de bosdieren om in kwaadheid en wilden ze hen opeens weer terugbrengen naar het bos.
Het moraal is dat de bosdieren bepaalde “dankbare asielzoekers” vertegenwoordigen die door hun gastheren, Kwik, Kwek en Kwak, gastvrij worden binnengelaten maar overal een puinhoop van maken. Dan duikt de inbreker, in de vorm van een rovende crimineel, op die het op zijn beurt aan de stok krijgt met de “asielzoekers” en zij allemaal ruzie onderling gaan maken!
Uiteindelijk worden een deel van de oorspronkelijke inwoners van het huis, de neefjes, door Donald (die het linkse bestuur van Zweden vertegenwoordigd) vervangen, daaruit verdreven om dan door de bosdieren te worden vervangen!