Volgens Bert Koeman, directeur van het KNMI [Koninklijk Nederlands Moedermelk Instituut] wordt er steeds minder moedermelk afgekolfd en wint het ouderwetse ‘de borst geven’ weer terrein. Er is sprake van een mondiale trend.
In zijn opvallend witte werkkamer legt Bert uit dat het eigenlijk ook logisch is: ‘Als je afkolft moet de melk van de borst in de fles en daarna van de fles in het kind. Dat is een omslachtig proces, de melk maakt als het ware een omweg. Als men het kind gewoon de borst geeft – dus volgens De Directe Methode – spaart men tijd uit die men in andere, belangrijkere zaken kan steken, zoals een carrière. Dat afkolven is eigenlijk een heel vreemd fenomeen. Men plast toch ook niet in een jampotje, schroeft het dekseltje er op en zet het in de koelkast om het er een paar uur later weer uit te halen, in de wc leeg te gieten en daarna af te wassen? Zonde van de moeite en de tijd, vooral het laatste. De vrouw van een collega kolfde af, maar kon dit qua tijd moeilijk combineren met haar drukke, hectische, leidinggevende betrekking in de top van de internationale dropveterindustrie. Sinds zij is overgeschakeld op De Directe Methode houdt ze tijd óver!’
Het is duidelijk. Bert kijkt nu op zijn horloge. Dus stellen we nog even de vraag of hij vaak gebeld wordt door mensen die willen weten wat voor weer het wordt. ‘Jaja’, antwoordt de zichtbaar geïrriteerde moedermelkdeskundige, ‘iedere dag, talloze keren. Maar wij waren er eerder, dus die meteorologen moeten de naam van hún instituut maar veranderen!’