Hoofdstuk 11: Revolutie
Hee, daar lagen wat coole kleren in een doos. Legerlaarzen, camouflagebroek en een zwarte turtlenecktrui. En een onderbroek. Precies zijn maat. Mooi. Zwarte Piet trok de kleren aan. EN GEEN MOMENT TE VROEG!! De deur vloog open! “WAT GEBEURD HIER ALLEMAAL MET SINTERKLAAS!” riep een boze hoofdpiet, samen met de Wegwijspiet hun kalashnikovs doorladend. Wegwijspiet? Meer “Dewegkwijtpiet”, dacht Zwarte Piet. Meer “De weg bereidend voor totale witte overheersing-Piet” dacht Zwarte Piet. Meer een “Blanke met zwarte schmink op-Piet” dacht Zwarte Piet, steeds bozer wordend over de verraderlijke natuur van wat voorheen zijn broeders waren.
“Oh niks,” zei Zwarte Piet dus, de shotgun naar voren slingerend en doorladend, “Alleen maar DIT!!!” BBWWWWAAAAMMMM!!! Hij schoot de Wegwijspiet door zijn domme borstkas en pompte daarna nog een schot door dat achterlijke verkeersbord wat hij bij zich droeg, op zo’n manier dat het hele ding ontplofte tot een lading ijzeren schroot wat de andere Piet achter hem fileerde als een vis waar een visboer echt een achterlijke hekel aan heeft omdat die frustraties jegens zijn vreemdgaande vrouw erop afleeft ofzo.
“AAAAAAAAAHHHH!!!” gilde die Hoofdpiet in elk geval, zijn lek geplofte oogballen bedekkend met zijn handen, wrijvend tegen de pijn maar daarmee alleen maar meer totaal gekmakende pijn veroorzakend.
“EN DIT!!!” riep Zwarte Piet. BWWWWAAAMMMM!!!! OOOHHWWWWWW SHOTGUN BLAST TO DA FACE!!!! Tsjak-tsjak! Laadde Piet het geweer al door, de rokende patroon er uit lancerend en ting-ting-tingelend op de grond laten stuiterend.
“Wat is hier aan de hand,” begon een beetje duffe Hoofdpiet al maar voordat hij ook maar half binnen was WWHAAAMM. In zijn maag. De piet vloog dubbelgeklapt naar achteren, een explosie van bloedmist achterlatend. Zwarte Piet draaide zijn shotgun met een handige beweging, daarmee het ding weer doorladend, stompte de kolf tegen de kaak van de hoofdpiet die gelijk brak, draaide het ding verder, het rustig mikkend op het achterhoofd van de nu op de grond liggende kermende Hoofdpiet. BLAM.
Zwarte Piet keek om zich heen, laadde zijn geweer wederom door, en besloot eerst de achtersteven vijandvrij te maken. Voor nu deed hij het geweer met de schouderband om op zijn rug.
“Zeg dit kan zomaar nie…” riep een Hoofdpiet stormend uit de radiokamer. WHAM. Zwarte Piet greep met één hand het hoofd vast en sloeg het tegen de stalen muur, en drukte het aan tot het begon te kraken. Daarna, nog steeds met één hand, smeet hij de complete Piet over de reling.
“HALT!!”
Zwarte Piet draaide zich langzaam om. Achter hem stond een hulp-Sinterklaas, hem met een pistool onder schot houdend. Nerveus, maar op een blije manier, alsof hij niet kon geloven dat hij zo’n immens gespierde zwarte man, met een oneindig dikkere lul dan hem, de baas kon zijn. Dat soort nervositeit wordt ook wel eens hoogmoed genoemd, dacht Zwarte Piet.
Hij keek langzaam naar beneden, eerst met zijn ogen, daarna zijn hoofd volgend totdat zijn blik strak op de grond stond.
“Goed zo!! Kijk maar naar de grond!! Als de onderdanige NEGER die je bent!!” riep de hulp-Sinterklaas, met trillende handen het pistool vasthoudend.
“Je bent stout geweest,” gromde Zwarte Piet, nog immer niet opkijkend. “In de zak met jou.”
De hulp-Sinterklaas lachte nerveus. “Je dreigementen doen me niets, lafaard!”
Zwarte Piet zijn blik flitste omhoog. Recht door de Hulpsint heen kijkend.
“Ik had het niet tegen jou,” gromde hij weer.
De hulp-Sinterklaas begon met zijn oog te twitchen. “Wat?”
“Ik had het tegen mijn voet.”
Zwarte Piet klofte zijn legerlaars diep in de balzak van de Hulpsint, die gillend het pistool liet vallen en naar zijn noten greep. Met een flitsende armbeweging haalde Zwarte Piet zijn shotgun van zijn rug, laadde het door en speerde de loop bijna door de kermende Hulpsint zijn kruis heen.
“En nu hop terug naar Spanje,” gromde hij, de trekker overhalend. WHAM. Met de zak werd het grootste gedeelte van de Hulpsint zijn benen onder hem vandaan geschoten, waardoor hij met een bloedvaart naar voren schoot en met zijn gezicht op het metalen scheepsdek knalde. SHIT YEAH. Tanden gleden als knikkers onder hem vandaan.
“UuuhhUUUUUUU,” klonk het huilen als een wolf toen hij zijn bloederige gebroken gezicht omhoog probeerde te houden. Recht in de loop van Zwarte Piet zijn geweer. WHAM.
Het achtersteven leek schoon te zijn. Zwarte Piet keek langs een muurtje naar het voordek, wat er eng verlaten bij lag. Bij het rumoer waren alle Zwarte Pieten natuurlijk gelijk opgesloten in het slavenruim, staand in hun enkelkettingen naar goed economisch Nederlands gebruik. Meer plaats. Voor kadootjes voor verwende kinderen. Door de barbaarse omstandigheden op de pakjesboot wist tot maar 60 procent van de Pieten de overtocht te overleven. De lijken van de dode zwarte Pieten werden overboord gemieterd, uit het zicht van de zwaaiende blanke overheersers in de haven, natuurlijk. Het hoge sterftecijfer vond Sinterklaas alleen maar reden om nog meer Pieten in zijn boot te proppen, om het verlies te compenseren, waardoor er alleen maar weer meer dood gingen. De waanzin. Geniet je zo nog een beetje van je schoeninhoud, blank kutkind? GOED ZO.
Zwarte Piet stapte naar voren, het dek op. Zijn ogen dichtknijpend tegen de zon.
Een duivels gehinnik barstte los; en vanachter de stoompijp kwam Amerigo tevoorschijn, met dreigend op hem gezeten een hulp-Sinterklaas. Zwarte Piet balde zijn vuisten. Kut. Dat paard.
“STOPPEN!” gilde de hulp-Sinterklaas te paard. Zwarte Piet zette zich schrap. Amerigo steigerde. Zwarte Piet maakte aanstalten zich te bewegen. Amerigo werd onrustig. “STOPPEN!” waarschuwde de hulp-Sinterklaas weer. Zwarte Piet begon met rennen. De hulp-Sinterklaas plantte zijn sporen in Amerigo zijn zijkanten, waardoor die briesend in beweging kwam. De hulp-Sint joeg hem op met één hand om de teugel, de andere arm strekkend naar rechts, met de shotgun in zijn hand. Op en neer op het ritme van de draf. Zwarte Piet versnelde zijn pas. Amerigo bereikte vol galop, kataklop klop klop! Zwarte Piet vloog nu bijna over het dek. Amerigo sprong over een gevallen hoofdpiet. Zwarte Piet sprong ook, en landde met zijn knieën op een plas pietenbloed, waardoor hij doorgleed richting Amerigo. Het paard verminderde geen vaart. Zwarte Piet trok een machete tevoorschijn, gemaakt van goud. De machete van Sinterklaas zelf. De zwarte ogen van Amerigo begonnen zich met iets anders te vullen dan haat: angst. Hij probeerde af te remmen, maar ook hij glibberde en gleed op het bloederige dek. Zwarte Piet gleed dichterbij, bewoog in slow motion de machete over zijn hoofd, vanuit welke positie hij het mes door liet zwaaien van rechts boven naar links onder. Dwars door de poten van Amerigo heen, die begon te gillen van pijn. Kunnen paarden gillen? Probeer het maar uit. Paarden. Zullen. Gillen.
Met de poten uit zijn pad gehakt gleed Zwarte Piet door tot onder het paard. Hij bewoog zijn gespierde lijf naar achteren, als bij een limbo, draaide de machete door van links naar achter zijn hoofd naar rechts, waartijdens hij het ding draaide tot dat het gestrekt onder Amerigo zijn kwetsbare buik lag. Hij ploerte het omhoog, met het snijblad voor zich uit. Amerigo gilde nog harder. Nog altijd doorglijdend sneed Zwarte Piet de hele buik open en die schimmelpik eraf. Bloed en darmen stortte over hem heen. Met een felle stoot jaagde hij de machete op het paard zijn vrolijke uiteinde zo diep mogelijk, waardoor zeker 10 centimeter van het lemmet er bij de kont weer uit kwam steken. Nog altijd doorglijdend greep Zwarte Piet de beide achterpoten van het paard terwijl hij er langs schoof, en met de combinatie van momentum en onmenselijk boze spierkracht wist hij ze onder het paard vandaan te trekken, en ver. Spieren scheurden hoorbaar. Amerigo gilde nog harder, niks verzwakt door het absurde bloedverlies. Krak. Knak. Botten braken. Het paard viel met een donderend geraas op het dek, ribben brekend bij impact. Amerigo gilde, gilde, gilde. Krijste. Krijste als een wild, verwend speenvarken. Zwarte Piet trapte hem omver, zodat hij zijn machete weer uit dat beest kon trekken om het tussen zijn rugwervels te planten. TSJAK. TSJAK. Het sterke bot liet butsen achter op het gouden lemmet, maar Zwarte Piet volhardde. Wervels braken, ruggenmerg liep met het bloed uit het vreselijk bizar hard krijsende paard van Sinterklaas. Stompen van voorpoten en gebroken, gescheurde achterpoten probeerden zich te verdedigen, maar Amerigo was hulpeloos in het wraakzuchtige oog van de Goden. Zwarte Piet trapte Amerigo nog harder, in zijn toch al gebroken ribben, ze tot splinters vergruizend en die dan weer in het paardenhart en longen trappend. Een long klapte met een naar zuigend geluid, Amerigo’s gegil abrupt veranderend in een piepend geblaas. Hij begon bloed te kwijlen. Zwarte Piet dook op zijn kop, er een ongenadige onaflatende stroom stompen en vuisten op los latend. Alles kraakte, alles brak. Toen uit de pulp slechts het miniemste geluid kwam zetten greep Zwarte Piet een van de reserve slavenkettingen uit een zadeltas, en sloeg het om het beest zijn nek heen, het gorchelend wurgend. Trillende armen wilden echter niet stoppen totdat Amerigo’s strottenhoofd klapte, tot zijn adempijp scheurde en zijn nek met een krak brak. “RRRRRAAAAAAAHHHH!!!” brulde Zwarte Piet eindelijk, de kettingen nog éénmaal zo strak mogelijk aantrekkend tot hij die lompe kapotte kutkop met een spierontspanning op het dek liet klappen. Einde van dat paard. Benedendeks had hij natuurlijk nog zijn merries en nageslacht staan, maar die zou Piet later wel in de brand steken. Brandende paarden in de stal. Zwarte Piet zijn ogen fonkelden bij de gedachte.
Maar eerst de andere Pieten bevrijden. Die zouden ook wel kunnen genieten van dat schouwspel. En, na 80 dagen leven op bietensoep, zouden zij een krokettenfestival best weten te waarderen. Kroketten voor iedereen! En van de oneetbare delen konden ze lijm maken, om wapens in elkaar te lijmen en om ’s avonds tot rust te kunnen komen. Want een belangrijke taak stond hen te wachten.
Kroketten. Heerlijk!