Lees ook deel 1, 2 en 3 van dit weergaloze epos.
Mary Ocksels slurpte aan haar rietje en speurde de club af naar interessante mannen. Ze stelde haar ogen scherp op de hoek met de neppalmbomen. Die zelfverzekerd lachende man daar leek haar wel wat: nauwelijks een buikje en bijna al zijn haar nog.
Helaas was hij daar zelf maar al te bewust van, en flirtte hij alleen met dat jonge mooie ding achter de bar. Mary ging geïrriteerd herzitten op de met plastic beklede kruk. Haar plakkende benen en de omhoog gekropen lingerie lostrekkend.
Was zij maar mooi en jonger, dacht ze, harder slurpend aan haar rietje. Maar dan had ze waarschijnlijk niet hier gezeten.
En dan had Wubbo ook niet in de rij hoeven staan om die smerige Desirée met zijn vijven tegelijk te eeuwig onbevredigen; dan was Mary genoeg geweest om zijn kantoorfrustratie op uit te leven. En als hij dan met die wanstaltige snor in bed zou kruipen zou ze hem er rechtstreeks weer uit lachen. “Ga maar seks hebben met een RAKET, WUBBO,” zou ze lachend roepen.
Mary keek op haar horloge. Dat was al de tweede keer deze avond, dat hij in die rij stond. Het moet een zware week geweest zijn voor Wubbo. Ze zag hem aan zijn zak krabben en afwezig staren naar het mooie jonge ding achter de bar, bij de neppalmbomen.
Mary plukte aan de BH, die door het vele wassen grauw in plaats van wit was. Dat klereding zat voor geen meter. Zweet onder haar borsten. Waarom wordt die kloteclub zo heet gestookt, iedereen hier hoort seks te hebben dan zweet je jezelf toch kapot?
Ze schoof hardhandig haar glas naar voren. Klaar. Wubbo halen, tijd om te gaan. Hoofdpijn. Mooi geweest. Alleen dan niet.
*Bzzzzzzzzzt* zoemde iets achter haar, en stopte. Mary snoof. Ze hoorde een zacht, organisch klik-klak-klik-geluid.
“WEET-JIJ-DAT-HET-BREIN-HET-GROOT-STE-SEKS-U-E-LE-GE-SLACHTS-OR-GAAN-IS,” klonk een robotachtige stem na een tijdje, synchroon met het geklik-klak. Great. Mary rolde haar ogen omhoog. “Sorry,” begon ze, zich omdraaiend, “Maar ik wou net ga…”
Ze stopte. Achter haar zat een oudere heer in een elektrische rolstoel, gekleed in een sjieke avondjas en een stijlvolle hoed met veer. Achter hem stonden twee bloedmooie jonge vrouwen; de een zijn schouders losjes masserend, de ander met haar tong haar glanzende lippen likkend, geconcentreerd haar vinger strelend langs zijn arm.
De man zijn mond hing half open in zijn scheef hangende hoofd, en daarin begon de vochtige tong snel tegen een apparaatje te bewegen, weer het klik-klak geluid producerend.
“SOM-MI-GEN-VAN-ONS-ZIJN-GROOT-GE-SCHAPEN, AN-DE-REN…” pauzeerde hij veelbetekenend, “ZIJN-GROOTS-GE-SCHAPEN.”
De vrouw die streelde keek Mary strak aan. De masserende vrouw glimlachte bij die woorden. Mary wist het niet. “Sorry,” zei ze twijfelend, “Maar ik wou echt net…”
ze stond op, de onderbroek weer uit haar naad pulkend, met een verontschuldigend lachje zich naar achteren bewegend. BZZT. De rolstoel kwam in een schok iets naar voren.
“IK-KAN-JE-ON-GE-KEN-DE-U-NI-VER-SA-VAN-GE-NOT-O-PEN-BA-REN,” sprak de dwingende stem. De strelende vrouw begon hevig op haar vinger te zuigen en te sabbelen.
Mary keek naar Wubbo, die bijtend op zijn lip, staand op zijn tenen over de schouders van de grotere mannen keek hoe Desirée in al haar uitgelubberde gaten geliefkoosd werd. Zijn halfzachte lul opkloppend. Zijn beurt afwachtend.
“Ik heb misschien nog wel tijd voor één drankje,” zei Mary. Altijd tijd voor een drankje, dacht ze, Wubbo nog een maal aankijkend.
II
*Bzzzzzzzzzzzzzzzzzt*
De rolstoel rolde voor Mary uit, de vrouwen er heupwiegend achter aan. Zelfverzekerd baande het ding zich een weg naar een van de kamers aan het einde van de gang.
“DIT-IS-MIJN-PRI-VÉ-VER-TREK,” zei de robotstem, zijn rolstoel scherp naar rechts draaiend en door de klapdeuren slaand. Mary volgde gedwee.
“GA-ZIT-TEN,” bevool de stem. Mary liet zich zakken op het klotsende waterbed. Great.
Het plafond boven haar was met spiegels bezet.
“LICHT-AAN, BED-AAN,” zei de stem. Rood licht floepte aan, en het bed begon langzaam rondjes te draaien.
De rolstoel reed naar een minibar, waar de oude heer met een druk bewegende tong een robotarmpje bestuurde.
“JIJ-LIJKT-MIJ-EEN-TYPE-VOOR-LONG-ISLAND-TEA,” sprak de stem. Bzzzzt deed de mechanische arm, een fles gietend in een glas.
Long island tea m’n reet, dacht Mary. “Alcoholsloot” zou een betere naam zijn. Maar na de diverse lading cocktails die ze al binnen had besloot ze geen bezwaar te geven. Bzzzzzzt deed de arm, de cocktail gevend aan Mary op het moment dat het bed voorbij draaide.
Ze sipte. Niet slecht. Hij kon een drankje schenken, moest ze toegeven.
“WAA-ROM-GA-JE-NIET-LEK-KER-LIG-GEN,” zei de hypnotiserende stem. Mary gaf toe, en liet zich naar achteren zakken. Wow, of het aan het bed lag of de vele drankjes, of dit drankje in het bijzonder, maar ze voelde zich vreemd. Zwevend, haast. Ze liet haar hoofd naar rechts zakken, en in het draaien van het bed zag ze de man voorbijkomen, een van de vrouwen sabbelend aan zijn ene oorlel, de andere langzaam rondjes likkend in de oorschelp aan de andere kant.
“HET-U-NI-VER-SUM-IS-ON-EIN-DIG-GROOT,” sprak de stem ondertussen, “MAAR-NIET-ZO-GROOT-DAT-WIJ-TWEE-EN-HET-NIET-KUN-NEN-BE-VAT-TEN. KAN-JIJ-GE-NOT-BE-VAT-TEN?”
Mary keek naar het plafond, naar zichzelf in de spiegel. Veranderend.
“KEN-JIJ-TAN-TRISCH-E-SEKS?” vroeg de stem. Ze draaide haar hoofd naar hem toe, en zag dat een van de vrouwen haar hand onder de avondjas had gestoken, zijn borstkas strelend. De jas viel open; de andere vrouw bewoog haar mond naar zijn vrijgekomen tepel om hem heerlijk te likken.
“Ja weleens van gehoord,” zei Mary afwezig starend in de spiegel, haar lijf bewegend. Zo zag ze er lang niet slecht uit.
“IK-DOE-NIET-AAN-TAN-TRISCH-E-SEKS,” zei de stem, “IK-DOE-AAN-TAN-TRISCH-NEU-KEN. MIJN-GEEST-NEUKT-JOUW-GEEST-KREU-PEL. KA-POT. DIT-IS-TAN-TRISCH-E-TRIP-LE-PEN-E-TRA-TION.”
“Uhuh,” knikte Mary, haar ogen sluitend. Lekker drankje.
“LEG-MIJ-OP-HET-BED,” zei de stem tegen de twee vrouwen, die meteen gehoorzaamden. Mary rolde opzij om plaats te maken. In de spiegel zag ze zich naast hem liggen. Ook hij zag er niet slecht uit, voor zijn leeftijd, en voor haar betreurenswaardige standaard dan. Een beetje alsof hij aan het smelten was. Maar voorderest. Wat maakt het uit.
Ontkoppeld van zijn spraaksynthesizer kon hij alleen gorgelen. Mary had moeite hem te verstaan, maar de twee anderen leken hem te begrijpen. Of in elk geval te weten wat ze moesten doen. Een van de twee pakte haar linkerhand, en bewoog die naar zijn strottenhoofd.
“Glluuhrrgghlleellrrrr,” gorgelde hij. Een tinteling vloog door Mary haar vingers. Ze begreep hem. Hij praatte tot haar.
“Gggghlooeeebrrrpp,” bromde hij. Zij bewoog wulps haar lijf heen en weer, starend in de spiegel, haar vrije hand gebruikend om de bevelen van de invalide man op te volgen. Hoe meer hij gorgelde, hoe meer ze leek te begrijpen van het universum, van de universele wetten van genot. Ze draaide op zijn lijf, wurmde over hem heen: voor het eerst niet haar lijf zien als een pronkstuk maar als een instrument van pure lust. Hij had dat haar geleerd.
“gggghhhhllrrrrrrghrghlrghlrr,” sprak hij.
“Ja meester,” kreunde ze. Ze sloot haar ogen. In haar hoofd begon hij te veranderen: de bewegingsloze armen werden tentakels, dik met spieren, stoer behaard, kronkelend onder haar lichaam. De benen ook, zijn hoofd wat ze stevig beet hield om diep te zoenen zo… gespierd! Machtig! Alles nat en glorieus slijmerig! Het gegorgel viel samen tot zwoel gesproken woorden van liefde, één met lust en passie. Zo had ze Wubbo nog nooit meegemaakt. Pats. In een flits veranderde hij in Wubbo, die irritante kop met die.. Ze schudde haar hoofd en concentreerde zich op haar goede gevoel. Hier kon geen Wubbo Ocksels zijn. Alleen plezier.
“Leg haar op het tongetje,” klonk de zachte en toch mannelijke stem. Haar kronkelende lijf werd opgetild en op de tong van de oude heer getild, zijn tong, de enige spier die hij nog beheerste, de spier die hij jarenlang, dag in, dag uit, had getraind met een joystick woorden uit laten spreken die zo gewichtig, zo belangrijk waren… Mary kwam bijna klaar op de gedachte alleen. En toen zette hij dat ding aan. Ze ontplofte zowat. Zoveel wijsheid en wetenschappelijke toewijding geconcentreerd in het liefhebben van haar- dit was wat ze altijd had gewild.
“Aanschouw mij. Aanschouw waar lust toe in staat is,” sprak de stem haar zachtjes toe. Ze opende haar ogen, of het oog in haar geest. Welke van de drie kon ze niet zeker zijn. Eerst deinsde ze terug- in fel wit licht stond een reusachtige eend voor haar zich op te wrijven. De eend bewoog sensueel naar voren, en wreef zijn kruis in een circulaire beweging op aan haar vrouwelijkheid. Mary knipperde- en liet het over zich heen komen. Wat maakt het uit.
“Lust accepteert. Lust staat open, opent zo de deuren,” sprak de eend. Uit zijn kruis kwam een kurketrekker-achtige penis tevoorschijn, die langzaam draaide. Mary bewoog haar vrouwelijkheid om dat ding, voelde het glibberig glijden onder en door haar heen. Ze rilde. Ze greep de eend in zijn verendek. Hij groeide. Alles werd steeds groter. Mary voelde zich zwevend, zij haarzelf draaiend om de kurketrekker, draaiend en strelend. Glijdend over het ding. Ze rilde, en sidderde. Het licht werd steeds feller. De eend sloeg zijn vleugels open, haar afschermend, om haar daarna ermee te omhullen, terugvervliegend naar de invalide man, in een totale omhelzing, perfecte aansluiting van twee lichamen. De afdaling van de heuvel, de versnelling en de sprong omhoog. Ze kwam klaar. Schokkend en huilend. Zijn borst nat van haar zweet en tranen. Rood van de krassen van haar nagels.
“Rrrggghhhhhllrrrblblrrr,” gorgelde hij troostend.
III
Mary trok haar slip weer aan, met haar rug naar de man in de rolstoel.
“HOE-GAAT-HET-MET-JOU,” sprak de robotstem weer.
“Goed, goed dat was fantastisch,” zei ze afwezig, nog steeds onder de indruk. Vermoeid.
“DAT-BE-DOEL-IK-NIET. HOE-GAAT-HET-MET-JOU?”
“Hoe bedoel je?” vroeg Mary.
“IK-WEET-WIE-JOUW-MAN-IS,” zei de man. “IK-HEB-JUL-LIE-VA-KER-GE-ZIEN. HOE-GAAT-HET?”
Mary keek omhoog. Ze draaide zich om.
“Het… Het is moeilijk,” gaf ze toe. Ze keek de man hulpeloos aan. Hij keek haar mysterieus aan, met zijn scheve hoofd en half open mond.
“IK-WEET-WEL-WAT,” zei hij, “IK-KAN-HEL-PEN. GEEF-MIJ-TWEE-DA-GEN.”
Mary keek hem met gefronste wenkbrauwen aan.
“Ok. Ik moet gaan,” zei ze, zich omdraaiend naar de deur maar stoppend. Ze draaide zich weer om.
“Bedankt,” zei ze zachtjes.
“IK-BE-GRIJP-HET,” antwoordde hij.
IV
“Ben je daar nou eindelijk?” bitste Wubbo, op zijn horloge kijkend. Het afvegend.
“Ik moet morgen weer vroeg op Merrie. We kunnen niet allemaal thuis op onze luie grote reet zitten.”
“Nee,” antwoordde Mary. Wubbo snoof. Hij opende het portier voor haar, en sloeg het dicht. Hij stapte in, en deed zijn gordel om. Hij keek haar nors aan tot ze hem aankeek.
“Weet je wie ik heb gezien?” zei hij uiteindelijk, licht trots.
“Nee,” antwoordde Mary.
“Stephen Hawking,” zei Wubbo nog trotser. Mary keek voor zich uit.
“Wie?”
Wubbo staarde haar aan. Geïrriteerder dan ooit.
“Het was gezellig bij Desirée,” veranderde hij het onderwerp maar. Desirée.
“Mooi,” zei Mary.
“Haar jongste gaat nu ook al naar de middelbare school. Wat vliegt de tijd,” mijmerde Wubbo, de auto startend.
“Ja,” zei Mary. Ze keek naar de druppels die op het passagiersraam naar achteren begonnen te bewegen. Het regent.
Maar wanneer ontploft er nu iets?
Daar is Kippfest een te goeie schrijver voor, Spencer. Hij laat maar hoogstens eens in de drie jaar een kip of een vrouwtjesstinkdier exploderen, en weet dan: zo, da’s tenminste weer gebeurd, daar kunnen mijn lezers weer een tijd zoet mee zijn.
Ik heb nog nooit iets laten ontploffen. Het geeft zo’n rommel.
ah de puzzel valt in elkaar.. uiterst actueel ook, and new things come to light: voordat Hawking werd gespot met prostituees was hij dus eigenlijk al de koning van de parenclub?