Een Vandaag Nederland 1. Ik ben net door Rick van de Westerlaken, die betrouwbaar ogende jonge benedenbuurman, op de hoogte gebracht van het wereldnieuws.
Of er is geen woord tot me doorgedrongen omdat de duizelingwekkende glimlachjes van Astrid Kersseboom nog op mijn netvlies twinkelen.
In de keuken sissen de slavinkjes in de gezonde boter. Alvast een klein slokje voor het eten. Kortom klaar voor de achtergronden.
En daar komt plotseling weer die tweedehands Lada verkoper door de beeldbuis denderen.
Bas van Werven. 120 kilo TROS. Als een Golden Retriever springt hij tegen je broekspijpen omhoog, bedelend om een kroeltje.
Zijn reusachtige gestalte ingeklemd tussen twee presentatiedeskjes. Resultaat van een leven lang onbeperkt spare ribs eten.
Plak er een pallet aalbessen omheen en je hebt Flipje Tiel.
Als een getrainde flipper in het dolfinarium Harderwijk slaat Bas, gehoorzamend aan een raadselachtig intern mechanisme, de handen in en uit elkaar. Het is het manueel van de Papier Hier Gijs in de Efteling.
Met de snelheid en de intonatiewisseling van een top 40 Dj debiteert hij zijn Peppi en Kokki-teksten.
Na elk onderwerp vinden we hem terug op een ander verstevigd plekje van het decor.
‘Niet daar gaan staan Bas, daar komen nog steunbinten.., wat zei ik nou!’
En dan als klap op de vuurpijl; Introductie Sportjournaal.
Eerst 6 keer herschreven en toen de hele middag voor de voltallige redactie geoefend.
‘Nóg eens Bas, ’t is ‘m nog nét niet’..
‘ En Toine, ik zie water, gaan we zwemmen?’
Zijn eigen schalkse glimlach nog genanter dan die van van Peperkoeken.
‘En Dames en Heren, morgen kijken want dan zoeken we in de duinen naar levensgevaarlijke oude munitie uit de tweede Wereldoorlog.’
Dan zit het er op en waggelt Bas het beeld uit, richting Burger King.