Ik heb sinds kort een nieuwe vriend of eigenlijk kwam ik er zojuist achter dat hij een vriendin is. Een vriendin, eigenlijk heb ik nooit vriendinnen maar mevrouw Pasquali heeft in al haar ruimdenkendheid geen bezwaar tegen onze relatie. Ze heet Jopie en ik ben gek op haar. Terwijl ik dit schrijf zit ze op een meter afstand op de leuning van een tuinstoel aan de andere kant van het raam van mijn werkkamertje en kijkt aandachtig naar binnen. Jopie is een volslanke vrouwtjesmerel en de meest relaxte vogel die ik in en om onze winterresidentie tot nu toe heb meegemaakt.
Waar zenuwlijders als koolmezen of roodborstjes onmiddellijk met veel misbaar een boom invluchten als ik ook maar een geluid of een beweging maak, tilt Jopie hooguit haar kopje op en blijft doodgemoedereerd op de tafel zitten die ik als voederplaats heb ingericht. Appelschillen, gemengd voer, een countrykoekje van de Aldi, zo af en toe een slokje uit een bakje voorverwarmd water, alles gaat smakelijk naar binnen.
Jopie heeft het plaatsje voor ons huis tot haar persoonlijke territorium gepromoveerd en heerst als een madam over het kleine grut dat af en toe het graantje mee mag pikken dat door haar beroerde tafelmanieren op de grond beland is. Volgens mij is het een oude door ervaring gerijpte vogel die in een oogopslag heeft gezien dat ze van deze natuurliefhebber in de dop- die tot voor kort geen heggemus van een kalkoen kon onderscheiden- geen gevaar te duchten heeft.
Ik kan haar dan ook tot minder dan een meter benaderen en ben er stilletjes van overtuigd dat ze over een tijdje uit mijn hand eet. Wat ik van mevrouw Pasquali helaas niet kan zeggen, maar dat is een heel ander verhaal.
Onze innige relatie kan ook vleugels hebben gekregen doordat ik voortdurend tegen Jopie loop te praten. Over dat ze maar lekker moet eten, dat ze een mooie vogel is, dat ik alleen maar even sneeuw ga scheppen, dat het baasje nu moe is en andere larmoyante prietpraat waar ik me tot voor kort diep voor zou hebben gegeneerd. Maar het komt nu eenmaal vanzelf naar boven als ik dat koppetje heen en weer zie gaan.
Jopie schijt trouwens waar ze staat, kleine cilindervormige groenbruine drolletjes met pitjes van onverteerd of te gulzig gepikt voer die her en der tussen de gerechten op tafel liggen te dampen. Als merelfluisteraar kan ik het moment dat een nieuwe ontlasting zich aankondigt voorspellen doordat ze even stilvalt en haar staartstukje omhoogtrekt, waarna haar kraaloogjes de omgeving aftasten of iemand iets gezien heeft.
Jopie heeft ook haar mindere kanten zag ik vandaag. Ze is doortrapt. Een mannetjesmerel kwam te dicht in de buurt van haar welvoorziene dinertafel, ze vloog op hem af , joeg hem naar het pad en begon er driftig te pikken naar steentjes en zandkorrels, alsof daar van allerlei lekkers te vinden was.
Waarop haar soortgenoot zich nieuwsgierig bij haar voegde, maar al snel teleurgesteld afnokte en Jopie zich terug naar de tafel spoedde waar ze haar maaltijd tot zonsondergang voortzette.
Daarna mag ik de troep opruimen, maar ja alles voor de liefde. Nico de Haan kan trots op me zijn.
Horror?
Alles wat met de winter te maken heeft, geef ik de tag horrorwinter mee. Dat zal ze leren!
Mooi stukje. Weinig horror.
Speknbonen had hier, op Nurks, een keer een ongemakkelijk (en dat is positief bedoeld, ik vermeld dat er maar bij) verhaal over een vogeltje dat wel slecht afliep, voor dat vogeltje.